Wat is de Vlaamse Ondersteuningspremie (VOP)?
Een werkgever die iemand met een arbeidshandicap of -beperking aanwerft of al in dienst heeft, kan een Vlaamse Ondersteuningpremie (VOP) aanvragen. De VOP moet een deel van de eventuele extra kosten en lagere productiviteit die de arbeidshandicap voor de werkgever met zich meebrengt, compenseren.
Twee soorten VOP
Vanaf 1 januari 2019 zijn er twee soorten VOP: de bestaande VOP voor onbepaalde duur en de nieuwe VOP voor bepaalde duur.
De werkgever kan de VOP voor onbepaalde duur aanvragen voor een werknemer met een stabiele en permanente arbeidshandicap. Deze VOP wordt voor maximaal vijf jaar toegekend.
De VOP voor bepaalde duur kan de werkgever aanvragen voor werknemers met een arbeidshandicap waarin nog progressie mogelijk is.
Dit zijn bijvoorbeeld werknemers die zich na een langdurige ernstige ziekte in een herstel- of behandelperiode bevinden. Deze VOP wordt voor maximaal twee jaar toegekend.
Voor welke werknemers?
De werkgever kan de VOP aanvragen voor alle werknemers:
- waarvoor hij loon en sociale zekerheid betaalt;
- die officieel in Vlaanderen of in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte (EER) wonen;
- die een arbeidshandicap hebben, die officieel erkend is door de VDAB (VOP-recht).
Aan deze voorwaarden dient gelijktijdig voldaan te zijn.
Werknemers die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wonen, kunnen geen VOP-recht meer aanvragen en bekomen. De lopende dossiers worden nog verder uitbetaald. Na 1 januari 2019 wordt de VOP voor deze werknemers niet meer verlengd of verhoogd.
Bedrag
Het bedrag van de VOP is een percentage van het geplafonneerde referteloon en afhankelijk van volgende factoren:
- VOP voor onbepaalde of bepaalde duur;
- voltijdse of deeltijdse tewerkstelling;
- kwartaal indiensttreding werknemer.
Wat betekent dit voor de werkgever?
Door de invoering van de VOP voor bepaalde duur kunnen meer werkgevers in aanmerking komen voor deze premie wanneer zij werknemers met een arbeidshandicap tewerkstellen.
Juridische inhoud
1. Wat is de Vlaamse ondersteuningspremie (VOP)?
1.1. Wat?
Een werkgever die iemand met een arbeidshandicap of -beperking aanwerft of al in dienst heeft, kan de Vlaamse Ondersteuningspremie (VOP) aanvragen.
De VOP moet een deel van de eventuele extra kosten en lagere productiviteit die de arbeidshandicap voor de werkgever met zich meebrengt, compenseren.
1.2. Formaliteiten
De betrokken werknemer dient een aanvraag tot erkenning van de arbeidshandicap in bij de VDAB. Dit geldt zowel voor werkzoekenden als voor werknemers die al in dienst zijn.
Wanneer de VDAB de arbeidshandicap erkent, krijgt de werknemer een VOP-recht.
Van zodra de werknemer over dit recht beschikt, kan de werkgever bij het Departement Werk en Sociale Economie (DWSE) de premie aanvragen.
1.3. Twee soorten VOP
Vanaf 1 januari 2019 zijn er twee soorten VOP: de bestaande VOP voor onbepaalde duur en de nieuwe VOP voor bepaalde duur.
De werkgever kan een VOP voor onbepaalde duur bekomen voor een werknemer met een stabiele en permanente arbeidshandicap.
De VOP voor onbepaalde duur wordt voor maximaal vijf jaar toegekend. Verlenging is mogelijk op vraag van de werkgever.
Voor werknemers met een arbeidshandicap waarin nog progressie mogelijk is, kan de werkgever een VOP voor bepaalde duur aanvragen.
Het gaat hier bijvoorbeeld om werknemers:
- in herstel/behandelperiode van kanker,
- met een niet-aangeboren hersenletsel,
- met psychisch ziektebeeld die minder dan 5 jaar in behandeling zijn,
- in revalidatie die een progressieve tewerkstelling opstarten.
Een VOP voor bepaalde duur wordt toegekend voor maximaal twee jaar. Een verlenging van deze termijn is mogelijk nadat de werknemer opnieuw een VOP-recht bij de VDAB heeft aangevraagd en bekomen. Wanneer de arbeidshandicap stabiel en permanent is, kan de werkgever een VOP voor onbepaalde duur aanvragen.
2. Voor welke werknemers kan de VOP aangevraagd worden?
De werkgever kan de VOP aanvragen voor alle werknemers:
- waarvoor hij loon en sociale zekerheid betaalt;
- die officieel in Vlaanderen of in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte (EER) wonen;
- die een arbeidshandicap hebben die officieel erkend is door de VDAB (VOP-recht).
Aan deze voorwaarden dient gelijktijdig voldaan te zijn.
Het gaat hier zowel om werknemers die net in dienst treden, als werknemers die al in dienst zijn.
Werknemers die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wonen, kunnen geen VOP-recht meer aanvragen en bekomen. De lopende dossiers worden nog verder uitbetaald. Na 1 januari 2019 wordt de VOP voor deze werknemers niet meer verlengd of verhoogd.
3. Bedrag
De VOP is een percentage van het geplafonneerde referteloon. Het referteloon is samengesteld uit:
- het brutoloon
- + alle verplichte werkgeversbijdragen
- - de RSZ-verminderingen voor de werkgever.
Het referteloon is begrensd tot het dubbele van het gemiddeld gewaarborgd minimummaandinkomen (GMMI) bij voltijdse tewerkstelling. Bij deeltijdse tewerkstelling wordt het plafond van het referteloon pro rata verrekend.
3.1. VOP voor onbepaalde duur
Het bedrag van de VOP voor onbepaalde duur is gelijk aan:
Periode waarin de werknemer is aangeworven | Hoogte van de premie |
Jaar 1 (kwartaal 1 tot en met 5) | 40% van het geplafonneerde referteloon |
Jaar 2 (kwartaal 6 tot en met 9) | 30% van het geplafonneerde referteloon |
Jaar 3 (kwartaal 10 en daarna) | 20% van het geplafonneerde referteloon |
Let op!
De DWSE kent de VOP toe vanaf het kwartaal van de aanvraag. Het percentage wordt bepaald vanaf het kwartaal van indiensttreding van de werknemer. Indien bijvoorbeeld de werkgever de VOP aanvraagt voor een werknemer die al 6 jaar (24 kwartalen) in dienst is, zal de VOP gedurende vijf jaar worden toegekend aan 20%.
3.2. VOP voor bepaalde duur
Het bedrag van de VOP voor bepaalde duur is gelijk aan 20% van het geplafonneerde referteloon en dit voor maximaal 2 jaar.
De werkgever kan een hogere tegemoetkoming vragen als hij meent dat de VOP het rendementsverlies niet voldoende dekt. De VDAB zal steeds een deskundige ter plaatse sturen om na te gaan of de hogere tegemoetkoming aangewezen is. Deze kan maximaal 60% van het geplafonneerde referteloon bedragen.
De werkgever ontvangt de VOP vanaf het kwartaal van de aanvraag en dit gedurende de volledige periode gedekt door het recht op ondersteuning.
De DWSE betaalt de VOP voor het voorbije kwartaal op het einde van het lopend kwartaal. Zo zal de betaling voor het vierde kwartaal 2018 gebeuren op het einde van het eerste kwartaal 2019.
Gevolgen voor de werkgever
Door de invoering van de VOP voor bepaalde duur kunnen meer werkgevers in aanmerking komen voor deze premie wanneer zij werknemers met een arbeidshandicap tewerkstellen.