In eerdere nieuwsbrieven brachten we jullie op de hoogte van de nieuwe regels over samenloop van jaarlijkse vakantie en arbeidsongeschiktheid en welbepaalde andere afwezigheden. De nieuwigheden gaan van start vanaf 2024. Dus tijd om alles nog eens op een rijtje te zetten en een laatste stand van zaken te geven.
Vandaag stemt onze wetgeving niet overeen met de Europese regelgeving. Volgens die regelgeving moeten werknemers jaarlijks een vakantie met behoud van loon krijgen van minstens 4 weken. Twee aspecten uit onze Belgische wetgeving botsen met dit principe en worden daarom bijgestuurd:
Enerzijds het behoud van de kwalificatie ‘jaarlijkse vakantie’ wanneer zich een arbeidsongeschiktheid of een welbepaalde andere afwezigheid voordoet in de loop van een vakantieperiode. Als gevolg hiervan is de werknemer in de onmogelijkheid om de vakantiedagen tijdens dewelke hij arbeidsongeschikt is op een later tijdstip op te nemen.
Vanaf 2024 is dit niet meer het geval. Wie bijvoorbeeld ziek wordt tijdens een periode van jaarlijkse vakantie, en hierbij een aantal verplichtingen naleeft, zal de verlofdagen op een later moment nog kunnen opnemen. Op het moment van de ziekte zal de kwalificatie van de afwezigheid omgezet worden naar een afwezigheid wegens arbeidsongeschiktheid.
Deze regel van herkwalificatie geldt ook ingeval van: moederschapsrust, omgezette moederschapsrust bij hospitalisatie of overlijden van de moeder, afwezigheid wegens sociale promotie, profylactisch verlof (≠ maatregel in het kader van moederschapsbescherming), geboorteverlof, adoptieverlof, pleegzorgverlof en pleegouderverlof.
Hieronder gaan we dieper in op de gewijzigde samenloopregels die gelden vanaf het vakantiejaar 2024.
Anderzijds de onmogelijkheid om wettelijke vakantiedagen over te dragen naar een ander vakantiejaar, ingeval de werknemer in de onmogelijkheid verkeert om zijn wettelijk verlof op te nemen.
Ook dit aspect wijzigt vanaf 2024. In welbepaalde omstandigheden zal men wettelijke vakantiedagen naar de volgende twee vakantiejaren kunnen overdragen.
Een overdracht is enkel aan de orde wanneer de werknemer zijn wettelijk verlof onmogelijk kon opnemen tijdens het vakantiejaar omwille van de volgende afwezigheden: arbeidsongeschiktheid, moederschapsrust, omgezette moederschapsrust bij hospitalisatie of overlijden van de moeder, profylactisch verlof (≠ maatregel in het kader van moederschapsbescherming), geboorteverlof, adoptieverlof, pleegzorgverlof en pleegouderverlof.
De overdracht van vakantie doet zich pas de eerste keer voor eind 2024. We gaan daarom niet dieper in op de ‘overdracht’ in deze nieuwsbrief en komen hier in de loop van 2024 op terug.
Wat betekent dit voor de werkgever?
Vanaf 1 januari 2024 kunnen werknemers die ziek worden tijdens een vakantieperiode én dit kunnen aantonen, de vakantiedagen die samenvallen met de ziektedagen, op een later tijdstip in het vakantiejaar opnemen. Voor de ziektedagen wordt het recht op gewaarborgd loon bepaald volgens de normale regels. Dit geldt ook voor welbepaalde andere afwezigheden, zoals geboorteverlof.
In uitzonderlijke gevallen zal de latere opname van de vakantiedagen zelfs kunnen in een volgend vakantiejaar.
Samenloop jaarlijkse vakantie en arbeidsongeschiktheid
Huidige regeling
Arbeidsongeschiktheid start tijdens de vakantie
Wie vandaag arbeidsongeschikt wordt tijdens zijn jaarlijkse vakantie, heeft pech. Vakantie blijft vakantie en wordt niet omgezet naar een schorsing wegens arbeidsongeschiktheid.
Arbeidsongeschiktheid start vóór de vakantie en loopt verder tijdens de vakantie
Wie arbeidsongeschikt wordt vóór een geplande vakantie en arbeidsongeschikt blijft tijdens die periode, behoudt zijn vakantiedagen. De dagen die samenvallen met geplande vakantiedagen, behouden de kwalificatie van schorsing wegens arbeidsongeschiktheid. Zij worden niet aangerekend als vakantiedagen. Die vakantiedagen kan de werknemer later tijdens het vakantiejaar opnemen.
Nieuwe regeling vanaf 1 januari 2024
Arbeidsongeschiktheid start tijdens de vakantie
De nieuwe regeling past enkel de gevolgen aan van arbeidsongeschiktheid die start tijdens de jaarlijkse vakantie. Aan de gevolgen van arbeidsongeschiktheid die aanvangt vóór de vakantie en verder loopt tijdens de vakantie, wijzigt niks.
In tegenstelling tot vandaag zal wie arbeidsongeschikt wordt tijdens zijn vakantie, zijn jaarlijkse vakantiedagen die samenvallen met de arbeidsongeschiktheidsdagen, kunnen behouden.
Die jaarlijkse vakantiedagen kunnen omgezet worden naar een schorsing wegens arbeidsongeschiktheid. Zij worden terug toegevoegd aan het saldo jaarlijkse vakantiedagen van het vakantiejaar en kunnen later opgenomen worden.
Medisch attest
De werknemer die zich wil beroepen op deze regel, zal zijn arbeidsongeschiktheid moeten aantonen.
Een medisch attest is hiervoor het bewijsmiddel bij uitstek. De werknemer die zijn arbeidsongeschiktheid niet kan bewijzen blijft geschorst wegens vakantie.
Daarom voorziet de wet uitdrukkelijk dat de werknemer, waarvan de arbeidsongeschiktheid aanvangt tijdens een vakantieperiode steeds een medisch attest moet bezorgen aan de werkgever, ook indien dit niet uitdrukkelijk voorzien is in het arbeidsreglement.
Hij doet dat binnen een termijn van 2 werkdagen vanaf de dag van ongeschiktheid, tenzij een andere termijn bij CAO of arbeidsreglement is bepaald. In geval van overmacht doet hij dat binnen een redelijke termijn.
De vrijstelling om tot driemaal per kalenderjaar geen ziektebriefje voor te leggen is hier niet van toepassing.
Het attest vermeldt de arbeidsongeschiktheid, de waarschijnlijke duur ervan, en of de werknemer zich met het oog op de controle al dan niet naar een andere plaats mag begeven.
Bij ontbreken van één of meerdere gegevens voorziet de wet geen sanctie. Een onvolledig attest zal doorgaans een voldoende bewijs van de arbeidsongeschiktheid inhouden.
Zelfs voor het ontbreken van een medisch attest is er geen sanctie voorzien. Kan de werknemer op een andere manier zijn arbeidsongeschiktheid bewijzen (wat in de praktijk niet evident is), dan kan hij zijn verlofdagen op een later moment opnemen.
Een koninklijk besluit kan een specifiek model van medisch attest vaststellen voor de arbeidsongeschiktheid die zich voordoet tijdens een periode van jaarlijkse vakantie. Het gebruik van dit model is echter louter facultatief.
Melding verblijfplaats
Bovendien moet de werknemer de werkgever onmiddellijk op de hoogte brengen van zijn verblijfplaats indien hij zich niet op zijn thuisadres (domicilieadres) bevindt. Het gaat hier bijvoorbeeld over werknemers die zich in het buitenland bevinden. Er is geen uitdrukkelijke sanctie voorzien wanneer de werknemer in gebreke blijft.
Recht op gewaarborgd loon wegens arbeidsongeschiktheid
Voor de dagen arbeidsongeschiktheid die zich voordoen tijdens een vakantieperiode wordt het recht op gewaarborgd loon bepaald volgens de normale regels.
In principe zou dit voor de arbeiders betekenen dat zij ingeval arbeidsongeschiktheid tijdens een collectieve vakantieperiode geen recht hebben op gewaarborgd loon. Vandaag ontvangen zij die omstandigheid een uitkeringen via het ziekenfonds.
De FOD WASO neemt hier echter een andere houding aan. Wanneer een arbeider arbeidsongeschikt is tijdens een periode van collectieve vakantie, is volgens de FOD WASO toch gewaarborgd loon verschuldigd. In gevolge dit standpunt zal de arbeider vanaf 1 januari 2024 geen ZIV-uitkeringen meer ontvangen in dergelijke omstandigheden. Daarom passen wij in de praktijk het standpunt van de FOD WASO toe.
Daarnaast blijven de regels over verlies van gewaarborgd loon onverkort gelden. Zo kan de werknemer zijn gewaarborgd loon verliezen omdat hij zijn verblijfplaats niet meldt. Hij maakt hierdoor immers de controle onmogelijk.
Er kan ook verlies van gewaarborgd loon zijn wanneer de werknemer zijn attest laattijdig aan de werkgever bezorgt, behoudens overmacht.
Die dagen blijven wel gekwalificeerd als dagen arbeidsongeschiktheid.
Opname vakantiedagen aansluitend op periode arbeidsongeschiktheid
Een werknemer die arbeidsongeschikt wordt tijdens een vakantieperiode, kan de niet opgenomen vakantiedagen die samenvallen met de arbeidsongeschiktheid, later in het vakantiejaar opnemen. De niet opgenomen vakantiedagen voegen we dus opnieuw toe aan het potje 'saldo jaarlijkse vakantie' van het lopend vakantiejaar. Dit gebeurt automatisch zodra de arbeidsongeschiktheid is aangetoond.
Als de werknemer die vakantiedagen onmiddellijk na het einde van de periode van arbeidsongeschiktheid wil opnemen, geldt een bijkomende formaliteit.
Uiterlijk op het moment dat hij het medisch attest voorlegt aan de werkgever, stelt de werknemer de vraag of hij de vakantiedagen aansluitend op de periode van arbeidsongeschiktheid mag opnemen. Hij heeft hiervoor dus het akkoord van de werkgever nodig.
Arbeidsreglement
Het arbeidsreglement moet de formaliteiten die de werknemer moet naleven, vermelden.
Het gaat om de formaliteiten zoals hierboven beschreven.
Het is aangewezen om een bepaling over de vertaling van het medisch attest in een vreemde taal toe te voegen in het arbeidsreglement.
De wijziging van het arbeidsreglement kan gebeuren zonder het volgen van de normale procedure voor wijziging van het reglement.
Overzicht mogelijke scenario’s van arbeidsongeschiktheid die samenvalt met vakantie
In dit schema brengen we de verschillende scenario’s in kaart van samenloop van arbeidsongeschiktheid en vakantie, met de gevolgen hiervan op de kwalificatie van de afwezigheid en het recht op gewaarborgd loon.
Situatie | Tot vakantiejaar 2023 | Vanaf vakantiejaar 2024 |
Arbeiders | ||
Arbeidsongeschiktheid start vóór aanvang vakantie en loopt verder tijdens vakantieperiode
| Ingeval van individuele vakantie
Ingeval van collectieve vakantie
Concreet:
Wel ZIV-uitkeringen.
|
Ingeval van individuele vakantie
In geval van collectieve vakantie
Concreet:
Geen ZIV-uitkeringen vanaf 01.01.2024. |
Arbeidsongeschiktheid start tijdens een vakantieperiode
|
Ingeval van zowel individuele als collectieve vakantie
|
Ingeval van individuele vakantie
In geval van collectieve vakantie
Concreet:
Naar de letter van de wet geen gewaarborgd loon voor dagen die samenvallen met collectief verlof, MAAR de FOD WASO stelt dat er wel gewaarborgd loon verschuldigd is conform de bedoeling van de wetgever.
Geen ZIV-uitkeringen. |
Bedienden
| ||
Arbeidsongeschiktheid start vóór aanvang vakantie en loopt verder tijdens vakantieperiode
|
In geval van zowel individuele als collectieve vakantie
|
In geval van zowel individuele als collectieve vakantie
|
Arbeidsongeschiktheid start tijdens een vakantieperiode
|
In geval van zowel individuele als collectieve vakantie
Hoogstens saldo gewaarborgd loon, indien arbeidsongeschiktheid verder loopt na vakantie.
Merk op: tijdens vakantieperiodes behouden bedienden hun normaal loon (vakantiegeld). | In geval van zowel individuele als collectieve vakantie
|
Opmerking Wanneer de afwezigheid gekwalificeerd wordt als een dag arbeidsongeschiktheid tijdens een vakantieperiode, brengt dit met zich mee dat de werknemer deze vakantiedag nog op een later tijdstip kan opnemen. |
Samenloop jaarlijkse vakantie en bepaalde andere afwezigheden
Vanaf 2024 veranderen de spelregels niet enkel wanneer de werknemer arbeidsongeschikt is tijdens een periode van jaarlijkse vakantie. Ook een aantal andere afwezigheden leiden niet meer tot verlies van jaarlijkse vakantie, ook niet als ze zich voordoen tijdens een vakantieperiode.
Vanaf 1 januari 2024 gaat het om de volgende lijst van afwezigheden:
- Moederschapsrust
- Omgezette moederschapsrust bij hospitalisatie of overlijden van de moeder
- De deelneming aan cursussen of studiedagen gewijd aan sociale promotie
- Profylactisch verlof (≠ maatregel in het kader van moederschapsbescherming)
- Geboorteverlof
- Adoptieverlof
- Pleegzorgverlof
- Pleegouderverlof
Deze afwezigheden hebben steeds voorrang op vakantie, ongeacht het moment waarop ze aanvangen.
Met andere woorden wanneer één van deze afwezigheden zich voordoet tijdens jaarlijkse vakantie gaat deze vakantie niet verloren. De vakantiedagen worden geherkwalificeerd naar de andere relevante afwezigheid (bijvoorbeeld geboorteverlof). De niet-genoten vakantiedagen voegen we dus opnieuw toe aan het potje ‘saldo jaarlijkse vakantie’ van het lopend vakantiejaar.