In vorige nieuwsbrieven werden wijzigen in de outplacementregeling 45+ aangekondigd.
Nieuw vanaf 31.12.2018
Zo werd gemeld dat de werkgever niet meer verplicht zal zijn om outplacement (45+) aan te beiden aan werknemers die ‘niet beschikbaar moeten zijn voor de arbeidsmarkt’, in de zin van de outplacementregeling. Zelfs, indien ze er uitdrukkelijk om vragen.
Dit zal ook gelden voor werknemers die minder dan halftijds werken én niet beschikbaar moeten zijn voor de arbeidsmarkt.
De wijziging is op 21 december gepubliceerd in het staatsblad en inwerking getreden op 31 december 2018. Hieronder situeren we de wijziging.
Principe : spontaan aanbod
De outplacement 45+-regeling houdt in dat de werkgever een spontaan aanbod tot outplacement moet doen aan werknemers die tegelijk voldoen aan volgende voorwaarden:
- minstens 45 jaar oud zijn op het moment van het ontslag,
- minstens 1 jaar ononderbroken anciënniteit hebben;
- een opzeggingstermijn hebben die minder dan 30 weken bedraagt;
- niet ontslagen zijn omwille van dringende reden;
- nog geen recht op rustpensioen hebben.
Uitzondering: aanbod enkel op uitdrukkelijke vraag
Het spontaan aanbod hoeft de werkgever niet te doen aan werknemers die minder dan halftijds werken én beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt in de van de outplacementreglementering. Hij moet wel outplacement aanbieden wanneer deze werknemer er uitdrukkelijk om vraagt.
Uitzondering: geen recht op outplacement 45+ (nieuw)
Vanaf 31 december 2018 hebben werknemers die niet beschikbaar moeten zijn voor de arbeidsmarkt in de zin van de outplacementregeling 45+ geen recht meer op outplacement, zelfs indien ze er uitdrukkelijk om vragen.
Begrip ‘Niet beschikbaar voor de arbeidsmarkt’
De outplacementregeling 45+ hanteert een eigen invulling van het begrip ‘Niet beschikbaar voor de arbeidsmarkt’, verschillend van dat in de werkloosheidsreglementering. Sinds 1 december 2018 kreeg dit begrip een andere invulling (de volledige lijst vindt u in onze nieuwsbrief van 30 oktober 2018):
- werknemers ontslagen met het oog op SWT op basis van CAO nr. 17, die 62 jaar zijn of een beroepsverleden van 42 jaar bereiken op het einde van de theoretische opzeggingstermijn of van de periode gedekt door de opzeggingsvergoeding;
- werknemers ontslagen met het oog op SWT op basis van de stelsels nachtarbeid/ arbeidsongeschikte bouwvakker/ zwaar beroep/ zeer lange loopbaan, die 62 jaar zijn of een beroepsverleden van 40 jaar bereiken op het einde van de theoretische opzeggingstermijn of van de periode gedekt door de opzeggingsvergoeding;
- …