Feedback
ella
Cash for car: bedrijfswagenattest bij uit dienst
Uit het Belgisch Staatsblad van 27/12/2018
Gepubliceerd op 28/12/2018

Situering

Via het systeem van de mobiliteitsvergoeding kunnen werknemers de bedrijfswagen die ze ook privé mogen gebruiken, inleveren in ruil voor een extra financiële vergoeding. 

 

Om te kunnen instappen in het systeem, moet de werknemer aan een dubbele voorwaarde voldoen.

Hij kan maar een aanvraag voor de mobiliteitsvergoeding indienen wanneer hij:

  • in de loop van 36 maanden voorafgaand aan de aanvraag minstens 12 maanden over een bedrijfswagen (heeft) beschikt bij de huidige werkgever; én

  • op het moment van de aanvraag minstens 3 maanden ononderbroken over een bedrijfswagen beschikt.

 

Wijziging werkgever: rugzakmodel

Bij wijziging van werkgever gelden enkele bijzondere regels die er voor zorgen dat een werknemer sneller op de mobiliteitsvergoeding kan overstappen.

Vereist is wel dat zowel de oude als nieuwe werkgever de mobiliteitsvergoeding en/of bedrijfswagens aanbieden.

 

We zetten de regels nog even kort op een rij.

 

Wanneer de werknemer bij zijn vorige werkgever:

  • al een mobiliteitsvergoeding had, kan hij deze verderzetten bij de nieuwe werkgever;

  • in de loop van 36 maanden voorafgaand aan de aanvraag al 12 maanden over een bedrijfswagen heeft beschikt én minstens 3 maanden ononderbroken onmiddellijk voorafgaand aan de uitdiensttreding, kan hij de mobiliteitsvergoeding onmiddellijk aanvragen bij de nieuwe werkgever;

  • nog geen 12 maanden de beschikking had over een bedrijfswagen, kan hij deze periode verderzetten en vervolledigen bij zijn nieuwe werkgever.

Uiteraard telkens op voorwaarde dat de nieuwe werkgever hiermee akkoord is.

 

Bedrijfswagenattest

Wanneer een werknemer een mobiliteitsvergoeding wil krijgen of verderzetten op basis van de bedrijfswagen die hij ter beschikking had bij zijn vorige werkgever, heeft de nieuwe werkgever bijkomende informatie nodig.

 

Hij moet immers kunnen nagaan of (en vanaf wanneer) de werknemer recht heeft op een mobiliteitsvergoeding. Maar hij moet ook de hoogte van de mobiliteitsvergoeding kunnen bepalen, de belastbare basis ervan in hoofde van de werknemer kunnen berekenen en de correcte aftrekbeperkingen in de vennootschapsbelasting kunnen toepassen.

 

Uiterlijk bij het einde van de arbeidsovereenkomst, overhandigt de oude werkgever een document aan de werknemer dat de volgende inlichtingen bevat met betrekking tot de bedrijfswagen die voor de bepaling van de mobiliteitsvergoeding in aanmerking komt:

  • de periode gedurende dewelke de werkgever de bedrijfswagen ter beschikking stelde;

  • de cataloguswaarde;

  • de CO2-uitstoot uitgedrukt in gr/km;

  • het type brandstof;

  • of er een gehele of gedeeltelijke werkgeverstussenkomst was in de brandstofkosten verbonden aan het privégebruik van de wagen;

  • de eventuele eigen bijdrage van de werknemer betaald gedurende de laatste maand voor de inlevering van de wagen;

  • of de toekenning van de wagen het resultaat was van de vervanging van loon of andere voordelen;

  • wanneer de werknemer al een mobiliteitsvergoeding ontving:

    • het bedrag van de mobiliteitsvergoeding die de werknemer ontving op datum van het einde van de arbeidsovereenkomst;

    • alle elementen op basis waarvan de mobiliteitsvergoeding werd vastgesteld;

    • de datum waarop de werknemer de bedrijfswagen inleverde in ruil voor de mobiliteitsvergoeding.

 

Wanneer de werknemer meerdere bedrijfswagens ter beschikking had, hebben bovenvermelde inlichtingen enkel betrekking op de bedrijfswagen die als basis diende voor de mobiliteitsvergoeding. 

 

Vanaf wanneer

Het besluit treedt in werking op 6 januari 2019.

 

Let op!

De regering wil ook sleutelen aan de cash for car-regeling. Zo zou een werknemer die nieuw in dienst komt bij een werkgever onmiddellijk in het systeem van de mobiliteitsvergoeding kunnen stappen wanneer hij terecht komt in een functie waaraan een bedrijfswagen is verbonden.

Het hele "rugzakmodel" zou daardoor komen te vervallen, waardoor ook het zogenaamde bedrijfswagenattest overbodig wordt.

 

Deze wijziging zou in werking treden vanaf 1 januari 2019 maar gelet op het huidige politieke klimaat heerst er onzekerheid of en wanneer deze bijsturingen werkelijkheid zullen worden. We volgen dit nauwgezet op. 

Wat betekent dit voor de publieke sector?

De mobiliteitsvergoeding is toepasbaar in de publieke sector en dit zowel voor de contractuele als statutaire personeelsleden. Werkgevers in de publieke sector zullen dus ook een bedrijfswagenattest moeten voorzien wanneer een personeelslid met bedrijfswagen of mobiliteitsvergoeding uit dienst gaat.

Bron:
Koninklijk besluit van 16 december 2018 tot bepaling van de nadere regels volgens dewelke inlichtingen noodzakelijk met het oog op de aanvraag van een mobiliteitsvergoeding door de werknemer aan zijn nieuwe werkgever worden bezorgd.

Oeps,

Onze excuses, er is iets fout gelopen.

Probeert u het later eens opnieuw.

Was deze informatie nuttig voor u?

Ja Nee

Welke van de volgende beschrijft jouw feedback het best?






Jouw feedback

De versie van de browser die U gebruikt is niet optimaal voor deze website. De meeste functies zullen niet goed werken. De versie die u gebruikt wordt ook niet meer ondersteund door Microsoft en hierdoor loopt u security risico’s. Om de veiligheid en privacy van uw data te kunnen blijven garanderen, raden wij aan om zo snel mogelijk naar Internet Explorer 11 te upgraden of de laatste versie van een andere browser te gebruiken.