De belastingvermindering voor belastingplichtigen die personen van 65 jaar of ouder in hun gezin opvangen, onderging een grondige wijziging vanaf inkomstenjaar 2021.
De vermindering wordt beperkt tot zorgbehoevende ouderen. Voor de belastingplichtigen die reeds genoten van de vermindering op 1 januari 2021 kwam er een overgangsregeling.
Deze aanpassing passen we vanaf inkomsten 2022 ook toe in de loonberekening.
In deze nieuwsbrief leggen we regeling nog eens uit en illustreren cijfermatig het verschil.
Juridische inhoud
1. Algemene voorwaarden
Om recht te hebben op de belastingvermindering voor 65-plussers moet voldaan zijn aan enkele voorwaarden.
De persoon ten laste:
moet deel uitmaken van het gezin op 1 januari van het aanslagjaar;
moet de leeftijd van 65 jaar bereikt hebben op 1 januari van het aanslagjaar;
mag geen bezoldiging genieten die voor de belastingplichtige beroepskosten zijn;
mag netto-bestaansmiddelen hebben maar deze mogen niet meer bedragen dan 3.490 EUR (inkomsten 2022 - aanslagjaar 2023).
Voor het bepalen van hun netto-bestaansmiddelen houdt men geen rekening met pensioenen tot een bedrag van 28.100 EUR (inkomsten 2022 -aanslagjaar 2023).
De belastingvermindering voor 65-plussers geldt voor de tenlasteneming van:
ascendenten (ouders, grootouders,…) ; of
hun zijverwanten tot en met de 2e graad (broers of zusters).
Het betreft de ascendenten of zijverwanten tot en met de 2e graad van de belastingplichtige zelf of zijn gehuwde of wettelijk samenwonende partner.
Pleegouders komen nooit in aanmerking voor de vermindering voor 65-plussers. Zij kunnen wel in aanmerking voor de vermindering 'anderen'.
2. Bijkomende voorwaarde vanaf 2021
De belastingvermindering wordt beperkt tot zorgbehoevende personen ten laste.
De voorwaarden vermeld onder punt 1 blijven behouden. Voortaan geldt de bijkomende voorwaarde dat de betrokken 65-plusser hulpbehoevend moet zijn.
Om te bepalen of iemand al dan niet hulpbehoevend is, houdt men rekening met zijn graad van zelfredzaamheid. Een verminderde zelfredzaamheid van ten minste 9 punten is hierbij vereist.
De Directie-generaal Personen met een handicap van de FOD Sociale Zekerheid, Medex of de adviserend geneesheer bij het ziekenfonds of een gelijkwaardige instelling of persoon uit een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte stelt de zorgbehoevendheid vast.
Een erkenning als mantelzorger is niet vereist.
3. Overgangsregeling
De oude vermindering voor 65-plussers (zonder de voorwaarde van hulpbehoevendheid) blijft bestaan voor het familielid dat in het aanslagjaar 2021 al van deze belastingvermindering genoot.
Dit betekent automatisch dat hij/zij op 1 januari 2021 de leeftijd van 65 jaar had bereikt.
Voor hen blijft de regeling - mits respect van de voorwaarden (zie punt 1) behouden tot en met aanslagjaar 2025 - inkomstenjaar 2024, tenzij de nieuwe regeling voordeliger is.
4. Bedragen personenbelasting
Het jaarbedrag van de belastingvrije som in de personenbelasting bedraagt voor inkomstenjaar 2022- aanslagjaar 2023 :
65+ hulpbehoevend | 65+ overgangsregeling | andere PTL (*) | |
per persoon te laste
| 5.060 | 3.370 | 1.690 |
indien PTL gehandicapt is | geen verhoging | + 3.370 | + 1.690 |
Een gehandicapt persoon wordt voor 2 gerekend, behalve in de regeling 65+ hulpbehoevend.
(*) Een broer, zus of (groot)ouder geeft wel recht op de belastingvrije som andere persoon ten laste indien hij/zij:
- geen 65 jaar oud is; of
- wel 65 jaar oud maar niet hulpbehoevend of niet kan genieten van de overgangsregeling.
Let op !
Voor de belastingvermindering 'andere personen ten laste' geldt de regel niet dat men voor het bepalen van hun netto-bestaansmiddelen geen rekening houdt met pensioenen tot een jaarbedrag van 28.100 EUR (inkomsten 2022 -aanslagjaar 2023).
5. Bedrijfsvoorheffing
Vanaf inkomstenjaar 2022 moeten we dit onderscheid bij de vermindering 65-plussers ook toepassen in de loonberekening. Dit geldt zowel voor werknemers, bedrijfsleiders als ambtenaren.
De vermindering is een vast bedrag. De burgerlijke staat (ongehuwd, gehuwd of wettelijk samenwonend) noch de hoogte van het inkomen heeft een invloed op het bedrag van de vermindering.
De bedrijfsvoorheffing wordt per maand verminderd met:
65+ hulpbehoevend | 65+ overgangsregeling | andere PTL | |
per persoon te laste | 129 EUR | 84 EUR | 39 EUR |
indien PTL gehandicapt is | geen verhoging | + 84 EUR | + 39 EUR |
We passen de vermindering enkel toe op de bedrijfsvoorheffing berekend volgens de gewone schalen.
We passen de vermindering dus NIET toe op:
- de exceptionele bedrijfsvoorheffing (op bijvoorbeeld dubbel vakantiegeld of een dertiende maand); of
- vaste tarieven (bijvoorbeeld een bijpassing bij werkloosheid).
Conclusie : bij keuze….
Wanneer men zowel kan genieten van de vermindering zorgbehoevenden als van de overgangsregeling, is de regeling zorgbehoevenden financieel beter, tenzij de persoon ten laste gehandicapt is.