Een aantal coronamaatregelen worden opnieuw geactiveerd, verlengd of uitgebreid. Het gaat hier over:
- extra bescherming voor dienstenchequewerknemers;
- vaccinatieverlof voor begeleiding minderjarig kind en meerderjarige met een handicap of onder voogdij;
- tijdelijke werkloosheid voor opvang kinderen.
Voor een uitgebreide bespreking van de laatste twee punten verwijzen we u naar onze nieuwsbrieven van 13 december 2021. We gaan enkel dieper in op de beschermingsmaatregelen voor dienstenchequewerknemers.
1. Opnieuw extra bescherming dienstenchequewerknemers
Dienstenchequewerknemers krijgen opnieuw de mogelijkheid om in samenspraak met hun werkgever hun werkplaats te verlaten wanneer zij niet coronaveilig kunnen werken.
Soms is dit zelfs een recht voor de dienstenchequewerknemers.
Bovendien is de werkgever verplicht bepaalde beschermingsmaterialen te voorzien.
Dienstenchequewerknemers komen door de aard van hun job met veel verschillende personen in contact. Dit verhoogt het besmettingsrisico voor de werknemers en de gebruikers.
In het licht van de pandemie wil de overheid deze werknemers beter beschermen. Daarom activeert men de afgelopen beschermingsmaatregelen opnieuw.
1.1. Verplicht beschermingsmateriaal voorzien
De werkgever moet desinfecterende gel of een gelijkaardig product voorzien om de handen voor, tijdens en na de verschillende prestaties te kunnen ontsmetten.
Daarnaast is hij verplicht mondmaskers te voorzien.
Het aantal mondmaskers dat een werkgever moet voorzien hangt af van het type mondmaskers. De werkgever moet, afhankelijk van de mondmaskers die hij ter beschikking stelt, minstens:
- per week evenveel wegwerp mondmaskers aanbieden als het aantal werkplaatsen waar de werknemer gedurende 1 dag werkt. Indien de prestatie op eenzelfde werkplaats 4 uur overschrijdt, moet de werkgever een extra wegwerp mondmasker voorzien; of
- evenveel herbruikbare mondmaskers aanbieden als het aantal plaatsen waar de werknemer per week werkt. Indien de prestatie op eenzelfde werkplaats 4 uur overschrijdt, moet de werkgever een extra herbruikbaar mondmasker voorzien.
De werkgever moet de herbruikbare mondmaskers ten minste om de 15 weken vernieuwen, of op verzoek van de werknemer.
De werkgever moet deze materialen aan de werknemer bezorgen voordat hij naar de gebruiker gaat.
Verder moeten de bedrijven rekening blijven houden met de instructies in hun sectorprotocol.
1.2. Verlaten werkplaats bij onveilige omstandigheden
Als de dienstenchequewerknemer vaststelt dat hij zijn werk niet in veilige omstandigheden kan aanvatten of verderzetten, moet hij zijn werkgever verwittigen. Hij kan dan zijn prestaties opschorten zolang de situatie aanhoudt.
Denk bijvoorbeeld aan volgende situaties:
- de werknemer stelt vast dat er een persoon in de woning in quarantaine is en dit niet aan het dienstenchequebedrijf is gemeld;
- er is niet voldoende ventilatie;
- er zijn te veel mensen in de kamers.
Kan men de situatie niet op korte termijn oplossen dan mag de werknemer met instemming van de werkgever zijn werkplaats verlaten.
Wanneer de situatie langer duurt dan de helft van de voorziene prestatietijd, heeft de werknemer zelfs het recht om de werkplaats te verlaten.
1.3. Loonwaarborg
De werknemer mag hierdoor geen loonverlies lijden. Hij bevindt zich immers in een overmachtssituatie. Zo kan de werknemer zijn werk niet aanvatten of voortzetten door een oorzaak onafhankelijk van zijn wil.
In eerste instantie zal dus het dienstenchequebedrijf het loon moeten betalen.
Er zijn dan ook goede afspraken tussen het dienstchequebedrijf en zijn gebruikers nodig.
1.4. Sancties
Werkgevers die de verplichte beschermingsmaterialen niet voorzien en de werknemers niet toestaan de werkplaats te verlaten, riskeren een sanctie van niveau 2.
Dit komt neer op:
- een administratieve geldboete van 200 tot 2.000 EUR; of
- een strafrechtelijke geldboete van 400 tot 4.000 EUR.
Mogelijk lopen ook de gebruikers hetzelfde risico wanneer zij zich niet aan de geldende preventiemaatregelen houden.
1.5. Einddatum maatregelen
Deze maatregelen lopen van 12 januari 2022 tot 31 januari 2022. Een Koninklijk Besluit (KB) kan de einddatum uitstellen.
2. Vaccinatieverlof verlengd én uitgebreid voor begeleiding minderjarig kind en meerderjarige met een handicap of onder voogdij
We informeerden jullie reeds over de verlenging van het bestaande vaccinatieverlof en de uitbreiding voor de begeleiding van minderjarige kinderen naar het vaccinatiecentrum.
De wet voorziet nu ook een uitbreiding voor de begeleiding van meerderjarige personen met een handicap of onder voogdij. Dit geldt ongeacht of het om het eigen kind gaat dan wel om iemand over wie de werknemer het wettelijk voogdijschap uitoefent.
Het gaat om de tijd die nodig is voor de vaccinatie. Slechts één van de ouders of één van de voogden kan dat recht uitoefenen.
De maatregel van het vaccinatieverlof voor minderjarige kinderen en meerderjarigen met een handicap of onder voogdij treedt in werking op 12 januari 2022.
De regeling loopt af op 30 juni 2022. Een verdere verlenging is mogelijk tot 31 december 2022.
3. Tijdelijke werkloosheid opvang kinderen verlengd tot 31 maart 2022
Sinds 1 oktober 2020 kunnen werknemers beroep doen op tijdelijke werkloosheid overmacht corona, wanneer hun kind door corona niet naar de school, de opvang of het centrum voor opvang voor personen met een handicap kan.
Tijdelijke werkloosheid is ook mogelijk in geval het minderjarig kind afstandsonderwijs moet volgen.
De maatregel liep tot 30 september 2021.
Er is nu een verlenging van deze regeling van 1 oktober 2021 tot 31 maart 2022. Een KB kan de einddatum nog uitstellen.
Wat betekent dit voor de werkgever?
Voor dienstenchequewerknemers is de werkgever verplicht mondmaskers en desinfecterende gel of een gelijkaardig product te voorzien.
Het aantal mondmaskers dat een werkgever moet voorzien, hangt af van het type mondmaskers (wegwerp of herbruikbaar).
Bij een onveilige situatie kan de dienstenchequewerknemer met toestemming van zijn werkgever zijn werkplaats bij de gebruiker verlaten.
Wanneer de situatie langer duurt dan de helft van de voorziene prestatietijd, heeft de werknemer zelfs het recht om de werkplaats te verlaten.
De werkgever zal het loon voor de niet gepresteerde uren moeten betalen. Goede afspraken met de gebruiker zijn dus aangeraden.