Werkgevers uit de privésector die, los van de verplichte fietsvergoeding op basis van CAO nr. 164, een verhoging van de fietsvergoeding doorvoeren, kunnen genieten van een tijdelijke compensatie onder de vorm van een belastingkrediet.
Hieraan zijn wel enkele voorwaarden verbonden. Zo moet de verhoogde fietsvergoeding betrekking hebben op woon-werkverplaatsingen tijdens de periode van 1 januari 2024 tot 31 december 2026. Bovendien moet de verhoging voor onbepaalde duur gelden en blijft het belastingkrediet beperkt tot 0,05 EUR per kilometer.
Werkgevers die van dit belastingkrediet gebruik willen maken, moeten bewijzen dat zij aan de nodige voorwaarden voldoen.
Het koninklijk besluit dat de modaliteiten voor het leveren van dit bewijs vastlegt, verscheen op 29 maart 2024 in het Belgisch Staatsblad. .
Dit belastingkrediet staat naast het tijdelijk belastingkrediet ter compensatie van de veralgemeende fietsvergoeding die sommige werkgevers op basis van CAO nr. 164 moeten toekennen. Voor meer informatie hierover verwijs ik naar onze nieuwsbrief van 12 januari 2024.
Situering
Werkgevers kunnen hun medewerkers aanmoedigen om (een deel van) hun woon-werkafstand per fiets af te leggen. Zij beschikken onder meer over de fietsvergoeding die ze vrij van RSZ en belastingen kunnen toekennen. Daartoe is vereist dat de vergoeding beperkt blijft tot een maximumbedrag per effectief getrapte woon-werkkilometer.
De regering besliste recent om het basisbedrag van de vrijgestelde fietsvergoeding vanaf 1 januari 2024 op te trekken. Hierdoor bedraagt het maximaal vrij te stellen bedrag 0,35 EUR per kilometer voor 2024.
Daarnaast voerde men ook een maximumgrens op jaarbasis door. Deze bedraagt 3.500 EUR voor 2024.
De regering wil werkgevers, die naar aanleiding van deze recente wijzigingen een verhoging van de fietsvergoeding doorvoeren, financieel tegemoetkomen. Dit gebeurt onder de vorm van een verrekenbaar en terugbetaalbaar tijdelijk belastingkrediet.
Belastingkrediet
Een belastingkrediet is een bedrag dat in mindering komt van de belasting. Er gebeurt een volledige verrekening met de verschuldigde personen-, rechtspersonen- of vennootschapsbelasting (of corresponderende belasting der niet-inwoners).
Voor welke vergoedingen?
Het belastingkrediet wordt verleend voor de verhoogde fietsvergoeding die de werkgever toekent voor de woon-werkverplaatsingen die de werknemer maakt tijdens de periode van 1 januari 2024 tot 31 december 2026.
De werkgever moet de betrokken vergoeding uiterlijk op 31 december 2027 toegekend hebben.
De verhoging van de fietskilometervergoedingen moet:
- gelden zonder beperking in de tijd.
Het is niet de bedoeling dat werkgevers enkel voor de periode van het belastingkrediet een verhoogde vergoeding toekennen, om deze na afloop van die periode opnieuw terug te draaien.
- vastgelegd zijn in een cao, een arbeidsreglement of individuele arbeidsovereenkomst.
Hoeveel?
Bij de berekening van het belastingkrediet, houdt men rekening met de referentiefietskilometervergoeding op 1 juni 2023. Deze bedraagt minimaal 0,18 EUR.
Deze referentiefietskilometervergoeding wordt jaarlijks geïndexeerd.
Het belastingkrediet blijft beperkt tot maximum 0,05 EUR per kilometer.
Het belastingkrediet geldt enkel voor de facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding. Dit is het positieve verschil tussen de toegekende fietskilometervergoeding en de geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding.
Bewijs
Een werkgever die gebruik wil maken van het belastingkrediet, moet bewijzen dat aan de nodige voorwaarden is voldaan.
Hij moet daartoe een document/verantwoordingsstuk opstellen dat minstens volgende gegevens bevat:
het bedrag van de referentiefietskilometervergoeding. Deze ligt voor de volledige periode vast.
Voor elk kalenderjaar: het bedrag van de geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding;
voor elk kalenderjaar, het bedrag van de fietskilometervergoeding, toegekend voor de kilometers afgelegd in dat kalenderjaar;
Indien het bedrag van de fietsvergoeding wijzigt in de loop van eenzelfde kalenderjaar, dient een opsplitsing te gebeuren van de hierna vermelde gegevens, met aanduiding van de begin- en einddatum van de periode waarin een bepaalde vergoeding van toepassing is.
het totaal aantal kilometers, afgelegd in de kalenderjaren 2024, 2025 of 2026 en waarvoor de werkgever een fietsvergoeding toekende die méér bedraagt dan de geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding;
Indien dit betrekking heeft op meerdere kalenderjaren, gebeurt een opsplitsing per kalenderjaar.
- de vermelding al dan niet onder toepassing van cao nr. 164 te vallen.
Desgevallend het aantal afgelegde fietskilometers vermelden waarvoor het “algemeen” belastingkrediet gevraagd werd. Dit is enkel nog relevant voor kalenderjaar 2024.
Op die manier kan men desgevallend het excedent bepalen waarvoor de belastingplichtige nog aanspraak kan maken op het belastingkrediet voor de facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding.
bevestiging dat derden de verhoging van de fietskilometervergoeding niet vergoeden;
bevestiging dat de verhoging van de fietsvergoeding geldt zonder beperking in tijd en vastgelegd werd in een cao, arbeidsreglement of individuele arbeidsovereenkomst.
Men houdt deze rechtsbron ter beschikking van de administratie.
Modaliteiten
Werkgevers:
voegen dit document toe bij hun aangifte vennootschapsbelasting/vennootschapsbelasting niet-inwoners of de rechtspersonenbelasting/rechtspersonenbelasting niet-inwoners; of
houden dit document ter beschikking van de fiscus indien zij vallen onder de personenbelasting/personenbelasting niet-inwoners.
Vanaf wanneer
Het koninklijk besluit treedt in werking 10 dagen na publicatie in het Belgisch Staatsblad.
De gepubliceerde modaliteiten gelden voor woon-werkverplaatsingen, afgelegd per fiets, in de kalenderjaren 2024, 2025 en 2026.
Het koninklijk besluit dat de modaliteiten voor het bekomen van het belastingkrediet vastlegt, gaat gepaard met een Verslag aan de Koning. Hierin verduidelijkt men de modaliteiten aan de hand van enkele voorbeelden. We hernemen deze voorbeelden integraal.
Voorbeeld 1
Gegeven
Een werkgever voor wie het belastbare tijdperk samenvalt met het kalenderjaar, kende op 1 juni 2023, in toepassing van een sectorale cao, een fietskilometervergoeding van 0,20 EUR per kilometer toe voor 20 kilometer per enkel traject.
Vanaf 1 juli 2024 wordt het bedrag van de fietskilometervergoeding voorzien in die sectorale cao verhoogd naar 0,27 EUR per kilometer.
Gedurende het gehele kalenderjaar 2025 blijft het bedrag van de fietskilometervergoeding ongewijzigd op 0,27 EUR per kilometer.
Deze werkgever stelt één werknemer te werk die regelmatig met de fiets naar het werk gaat. De werknemer in kwestie woont op 22 kilometer van zijn plaats van tewerkstelling.
Aanslagjaar 2025
De werkgever kent tijdens het belastbare tijdperk 2024 fietskilometervergoedingen toe voor volgende woon-werkverplaatsingen afgelegd:
in december 2023: 10 enkele verplaatsingen;
van 1 januari 2024 tot 30 juni 2024: 100 enkele verplaatsingen;
van 1 juli 2024 tot 31 december 2024: 60 enkele verplaatsingen.
Het belastingkrediet geldt slechts voor de facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding toegekend voor verplaatsingen vanaf 1 januari 2024.
De kilometers, afgelegd vóór die datum, vermeldt men niet op het document.
De geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor verplaatsingen in 2024 bedraagt 0,21 EUR (= 0,20 euro x (1,9484/1,8724)).
Het belastingkrediet geldt enkel voor de facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding. Dit is het positieve verschil tussen de toegekende fietskilometervergoeding en de geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding.
De fietskilometervergoeding die de werkgever toekent voor verplaatsingen afgelegd vóór 1 juli 2024 bedraagt minder dan de geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor verplaatsingen in dat kalenderjaar.
Voor deze verplaatsingen is er dus geen facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding waarvoor een belastingkrediet kan worden toegekend.
Deze kilometers worden dus ook niet vermeld.
Voor verplaatsingen afgelegd vanaf 1 juli 2024 bedraagt het verschil tussen de toegekende fietskilometervergoeding en de referentiefietskilometervergoeding voor 2024 0,06 EUR.
De facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding, en dus ook het belastingkrediet, is echter te beperken tot 0,05 EUR.
Bovendien wijzigt het bedrag van de fietskilometervergoeding in de loop van eenzelfde kalenderjaar. De werkgever neemt deze wijziging op in het document, met vermelding van:
de begin- en einddatum van de periode; en
het bedrag per kilometer van de fietskilometervergoeding, uitbetaald voor verplaatsingen in die periode.
De werkgever vermeldt minstens volgende gegevens op het document voor aanslagjaar 2025:
Referentiefietskilometervergoeding: 0,20 EUR per kilometer;
Geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor verplaatsingen afgelegd in kalenderjaar 2024: 0,21 EUR per kilometer.
Bedrag per kilometer van de fietskilometervergoeding toegekend voor verplaatsingen afgelegd in de periode 1 juli 2024 tot 31 december 2024: 0,27 EUR.
Aantal kilometers waarvoor een hogere fietskilometervergoeding dan de geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding werd toegekend voor verplaatsingen afgelegd in de periode 1 juli 2024 tot 31 december 2024: 1.200 kilometer.
Werkgever valt niet onder de toepassing van cao nr. 164.
De facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding toegekend voor de bovenvermelde kilometers wordt niet door derden vergoed.
De facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding werd toegekend in toepassing van een cao, zonder beperking in de tijd.
Aanslagjaar 2026
De werkgever kent tijdens het belastbare tijdperk 2025 fietskilometervergoedingen toe voor volgende woon-werkverplaatsingen afgelegd:
van 1 juli 2024 tot 31 december 2024: 10 enkele verplaatsingen;
in het kalenderjaar 2025: 160 enkele verplaatsingen.
Bij wijze van voorbeeld raamt men de indexeringscoëfficiënt voor de geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor verplaatsingen in 2025 op 2,1000.
De geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor verplaatsingen in 2025 bedraagt bijgevolg 0,22 EUR (= 0,20 EUR x (2,1000 / 1,8724)).
De toegekende fietskilometervergoeding (0,27 EUR) bedraagt dus 0,05 EUR per kilometer meer dan de geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding (0,22 EUR).
De werkgever kan dus voor de verplaatsingen in 2025 aanspraak maken op een belastingkrediet van 0,05 EUR per kilometer waarvoor hij de fietskilometervergoeding toekende.
De werkgever vermeldt minstens volgende gegevens op het document voor aanslagjaar 2026:
Referentiefietskilometervergoeding: 0,20 EUR per kilometer;
Geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor verplaatsingen afgelegd in:
kalenderjaar 2024: 0,21 EUR per kilometer;
kalenderjaar 2025: 0,22 EUR per kilometer.
Bedrag per kilometer van de fietskilometervergoeding toegekend voor verplaatsingen afgelegd in:
de periode van 1 juli 2024 tot 31 december 2024: 0,27 EUR;
kalenderjaar 2025: 0,27 EUR.
Aantal kilometers waarvoor de werkgever een hogere fietskilometervergoeding toekende dan de geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor verplaatsingen afgelegd in:
de periode van 1 juli 2024 tot 31 december 2024: 200 kilometer;
kalenderjaar 2025: 3.200 kilometer.
Werkgever valt niet onder de toepassing van cao nr. 164.
De facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding toegekend voor de bovenvermelde kilometers wordt niet door derden vergoed.
De facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding werd toegekend in toepassing van een cao, zonder beperking in de tijd.
Voorbeeld 2
Een werkgever voor wie het belastbare tijdperk samenvalt met het kalenderjaar, kende op 1 juni 2023 een fietskilometervergoeding toe in toepassing van cao nr. 164.
Meer bepaald 0,27 EUR per kilometer voor verplaatsingen in 2023 en 0,28 EUR per kilometer voor verplaatsingen in 2024, telkens beperkt tot 20 kilometer per enkele afstand.
De werkgever kent bovendien vrijwillig, op basis van een afzonderlijke regeling in een arbeidsreglement, ook een fietskilometervergoeding toe voor de kilometers die de 20 kilometer enkel traject overstijgen.
Deze werkgever stelt één werkneemster te werk die haar woon-werkverkeer aflegt per fiets. De werkneemster woont op 25 kilometer van de plaats van tewerkstelling.
De werkgever kent tijdens het belastbare tijdperk 2024 fietskilometervergoedingen toe voor 200 enkele woon-werkverplaatsingen, afgelegd in 2024.
De geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor verplaatsingen afgelegd in 2024 bedraagt 0,28 EUR (= 0,27 EUR x (1,9484/1,8724)).
De fietskilometervergoeding toegekend voor verplaatsingen in 2024 is dus gelijk aan de geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor 2024.
Bijgevolg is er geen facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding. De werkgever kan dus geen aanspraak maken op het belastingkrediet voor de facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding.
Voorbeeld 3
Gegeven
Een nieuwe vennootschap is sinds haar oprichting op 1 januari 2024, actief in een sector die onder de toepassing van cao nr. 164 valt.
De vennootschap kent dus een fietskilometervergoeding toe in toepassing van die cao.
Voor de verplaatsingen in het kalenderjaar 2024 bedraagt de fietskilometervergoeding 0,28 EUR per kilometer, voor de eerste 20 kilometer per enkel traject.
Voor de verplaatsingen in het kalenderjaar 2025 kent de vennootschap een fietskilometervergoeding van 0,30 EUR per kilometer toe (geraamde indexering-coëfficient van 2,1000), voor de eerste 20 kilometer per enkel traject.
De vennootschap bepaalt in een afzonderlijk arbeidsreglement eenzelfde fietskilometervergoeding toe te kennen voor de kilometers die de 20 kilometer per enkel traject te boven gaan.
Het belastbare tijdperk van de vennootschap valt samen met het kalenderjaar.
De vennootschap maakt maximaal gebruik van het belastingkrediet voor de fietskilometervergoeding toegekend in toepassing van cao nr. 164.
De vennootschap heeft in haar personeelsbestand één werknemer die regelmatig woon-werkverplaatsingen aflegt per fiets.
De werknemer woont op 23 kilometer enkele afstand van de plaats van tewerkstelling.
De referentiefietskilometervergoeding bedraagt minimaal 0,18 EUR per kilometer. Deze kan gebruikt worden voor vennootschappen die op de referentiedatum (1 juni 2023) nog niet bestonden.
Aanslagjaar 2025
Tijdens het belastbare tijdperk 2024 kent de vennootschap fietskilometervergoedingen toe voor 180 enkele woon-werkverplaatsingen.
De geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor de verplaatsingen afgelegd in het kalenderjaar 2024 bedraagt 0,19 EUR (= 0,18 EUR x (1,9484/1,8724)).
Het verschil tussen de fietskilometervergoeding toegekend voor verplaatsingen in 2024 en de referentiefietskilometervergoeding voor 2024 bedraagt 0,09 euro.
De facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding, en dus ook het belastingkrediet, is te beperken tot 0,05 EUR per kilometer.
De vennootschap kent een fietskilometervergoeding toe voor 180 enkele woon-werkverplaatsingen afgelegd in 2024. Dit stemt overeen met 4.140 kilometer.
Voor de verhoging van de fietskilometervergoeding, toegekend voor de eerste 20 kilometer per enkele verplaatsing, maakt zij aanspraak op het belastingkrediet voor de fietskilometervergoeding in toepassing van cao nr.164.
De vennootschap kent het bedrag voorzien in cao nr. 164 toe. De volledige verhoging van de fietskilometervergoeding voor deze eerste 20 kilometer per enkele verplaatsing geeft dus recht op het bijhorend belastingkrediet.
De verhoging van de fietskilometervergoeding voor die 3.600 kilometer komt echter niet in aanmerking voor het belastingkrediet voor de facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding.
De vennootschap kan hiervoor enkel aanspraak maken voor de kilometers die de 20 kilometer per enkele verplaatsing te boven gaan, zijnde 4.140 - 3.600 = 540 kilometer.
De vennootschap vermeldt minstens volgende gegevens op het document dat zij bij haar aangifte voor aanslagjaar 2025 voegt:
Referentiefietskilometervergoeding: 0,18 EUR per kilometer.
Geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor verplaatsingen afgelegd in kalenderjaar 2024: 0,19 EUR per kilometer.
Bedrag per kilometer van de fietskilometervergoeding toegekend voor verplaatsingen afgelegd in het kalenderjaar 2024: 0,28 EUR per kilometer.
Aantal kilometers waarvoor tijdens het belastbare tijdperk een fietskilometervergoeding werd toegekend die meer bedraagt dan de referentiefietskilometervergoeding, voor verplaatsingen afgelegd in het kalenderjaar 2024: 4.140 kilometer.
Vennootschap valt onder de toepassing van cao nr. 164 en maakt aanspraak op het belastingkrediet voor de fietskilometervergoeding toegekend in toepassing van cao nr. 164 voor 3.600 kilometer van de hierboven vermelde kilometers afgelegd in het kalenderjaar 2024.
De facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding toegekend voor de bovenvermelde kilometers wordt niet door derden vergoed.
De facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding werd toegekend in toepassing van een cao en een arbeidsreglement, beiden van toepassing zonder beperking in de tijd.
Aanslagjaar 2026
Tijdens het belastbare tijdperk 2025 kent de vennootschap fietskilometervergoedingen toe voor volgende woon-werkverplaatsingen afgelegd in kalenderjaar:
- 2024: 20 enkele verplaatsingen;
- 2025: 200 enkele verplaatsingen.
De facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding toegekend voor verplaatsingen afgelegd in het kalenderjaar 2024 bedraagt, zoals onder aanslagjaar 2025 weergegeven, 0,05 euro per kilometer vanwege de beperking.
De vennootschap kent in het belastbare tijdperk 2025 nog een fietskilometervergoeding toe voor 20 enkele verplaatsingen afgelegd in 2024.
Dit komt overeen met 460 kilometer.
Voor de verhoging van de fietskilometervergoeding toegekend voor de eerste 20 kilometer per enkele verplaatsing maakt zij aanspraak op het belastingkrediet voor de fietskilometervergoeding toegekend in toepassing van cao nr. 164.
De vennootschap kent het bedrag voorzien in die cao nr. 164 toe. De volledige verhoging van de fietskilometervergoeding voor deze eerste 20 kilometer per enkele verplaatsing geeft dus recht op het bijhorende belastingkrediet.
De verhoging van de fietskilometervergoeding voor die 400 kilometer komt dus niet in aanmerking voor het belastingkrediet voor de facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding.
Hiervoor kan de vennootschap wel nog aanspraak maken voor de kilometers die de 20 kilometer per enkele verplaatsing te boven gaan. Meer bepaald 60 kilometer (460 - 400).
De verhoging van de fietskilometervergoeding voor verplaatsingen afgelegd in 2025 komt niet meer in aanmerking voor het belastingkrediet voor de fietsvergoeding in toepassing van cao nr. 164.
Alle kilometers waarvoor een fietskilometervergoeding toegekend wordt die hoger ligt dan de geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding, komen dus in aanmerking voor het belastingkrediet voor de facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding.
De fietskilometervergoeding voor verplaatsingen afgelegd in 2025 bedraagt 0,30 EUR per kilometer.
De geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor de kilometers afgelegd in 2025 bedraagt 0,20 EUR per kilometer (= 0,18 EUR x (2,1000/1,8724)).
Het verschil tussen de toegekende fietskilometervergoeding en de referentiefietskilometervergoeding voor het kalenderjaar 2025 bedraagt dus 0,10 EUR per kilometer.
Gezien de beperking, bedraagt de facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding, en dus het belastingkrediet, 0,05 EUR per kilometer.
De vennootschap vermeldt minstens volgende gegevens op het document dat zij bij haar aangifte voor aanslagjaar 2026 voegt:
- Referentiefietskilometervergoeding: 0,18 EUR per kilometer.
- Geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor verplaatsingen afgelegd in:
- kalenderjaar 2024: 0,19 EUR per kilometer;
- kalenderjaar 2025: 0,20 EUR per kilometer.
- Bedrag per kilometer van de fietskilometervergoeding toegekend voor verplaatsingen afgelegd in:
- kalenderjaar 2024: 0,28 EUR per kilometer;
- kalenderjaar 2025: 0,30 EUR per kilometer.
- Aantal kilometers waarvoor tijdens het belastbare tijdperk een fietskilometervergoeding werd toegekend, die meer bedraagt dan de geïndexeerde referentiefietskilometervergoeding voor verplaatsingen afgelegd in:
- kalenderjaar 2024: 460 kilometer;
- kalenderjaar 2025: 4.600 kilometer.
- Vennootschap valt onder de toepassing van cao nr. 164 en maakt aanspraak op het belastingkrediet voor de fietskilometervergoeding toegekend in toepassing van cao nr. 164 voor 400 kilometer van de hierboven vermelde kilometers afgelegd in het kalenderjaar 2024.
- De facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding toegekend voor de bovenvermelde kilometers wordt niet door derden vergoed.
- De facultatieve verhoging van de fietskilometervergoeding werd toegekend in toepassing van een cao en een arbeidsreglement, beiden van toepassing zonder beperking in de tijd.