Feedback
ella
Groen licht voor aanpassingen aan federaal mobiliteitsbudget
Uit het Belgisch Staatsblad van 03/12/2021
Gepubliceerd op 06/12/2021

De wet inzake sociale en fiscale vergroening van de mobiliteit werd op vrijdag 3 december 2021 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. 

 

Deze wet omvat vier luiken:

  • de versnelde vergroening van het bedrijfswagenpark;
  • fiscale incentives voor particulieren en ondernemingen voor de plaatsing van elektrische laadinfrastructuur;
  • investeringsaftrek voor koolstofemissievrije vrachtwagens en tankinfrastructuur voor blauwe, groene en turquoise waterstof en elektrische laadinfrastructuur; (wordt verder niet besproken).
  • wijzigingen aan het federale mobiliteitsbudget.

 

De vergroening van de bedrijfswagens en de fiscale incentives voor laadinfrastructuur bespraken we in detail in twee nieuwsbrieven die we op 3 december 2021 publiceerden.

 

Mobiliteitsbudget

 

De wijzigingen inzake het mobiliteitsbudget kwamen al zeer uitgebreid aan bod in een recente nieuwsbrief van 15 november 2021.

De inhoud hiervan stemt volledig overeen met de wet die op 3 december 2021 gepubliceerd werd in het Belgisch Staatsblad.

 

We hernemen hier dan ook enkel de krachtlijnen. Voor de uitgebreide bespreking van de wijzigingen inzake het mobiliteitsbudget, verwijzen we dan ook naar onze nieuwsbrief van 15 november laatstleden:

 'Sleutelen aan mobiliteitsbudget: Kamer keurt voorgestelde aanpassingen goed'.

 

Situering

 

Het mobiliteitsbudget is het bedrag dat de werknemer ter beschikking krijgt van zijn werkgever, wanneer hij afziet van zijn (recht op een) bedrijfswagen.  

 

De hoogte van het mobiliteitsbudget is gelijk aan de Total Cost of Ownership of TCO van de wagen. Deze TCO is gelijk aan de jaarlijkse bruto kost voor de werkgever, met inbegrip van alle (para)fiscale lasten.

 

Via het mobiliteitsbudget kunnen werknemers vervolgens kiezen voor een combinatie van vervoermiddelen waarmee zij zich het vlotst en op de meest milieuvriendelijke manier kunnen verplaatsen. Uiteraard op voorwaarde dat hun werkgever hen deze mogelijkheid biedt.

 

Het mobiliteitsbudget bestaat uit drie pijlers die elk een eigen sociale en fiscale behandeling kennen.

Meer bepaald:

  • pijler 1: een milieuvriendelijke bedrijfswagen met maximale CO2-uitstoot van 95 gr/km;
    Deze wagen kent dezelfde (para)fiscale behandeling als de bedrijfswagen die een werkgever buiten het mobiliteitsbudget ter beschikking stelt.

  • pijler 2: duurzame mobiliteit
    Keuzes die de werknemer binnen deze pijler maakt, zijn volledig vrijgesteld van socialezekerheidsbijdragen en bedrijfsvoorheffing.

  • pijler 3: restsaldo in cash
    Het restsaldo is vrijgesteld van bedrijfsvoorheffing. Inzake sociale zekerheid is de werknemer hierop een bijzondere bijdrage verschuldigd van 38,07%.

 

De keuzemogelijkheden zijn afhankelijk van het aanbod van de werkgever.

 

Uitbreiding bestedingsmogelijkheden

 

In pijler 2 (duurzame mobiliteit) komen er volgende nieuwe keuzemogelijkheden vanaf 1 januari 2022:

 

  • openbaar vervoer:

    • financiering van abonnementen voor het openbaar vervoer voor de inwonende gezinsleden van de werknemer;

    • voor de werknemer zelf moet het abonnement niet langer gelinkt zijn aan zijn woon-werkverkeer;

  • huisvestingskosten:

    • te financieren voor wie binnen een straal van 10 km van het werk woont (in plaats van 5 km nu);

    • het volledige aflossingsbedrag van de hypothecaire lening komt in aanmerking. Nu is dat enkel het geval voor de intresten;

  • (elektrische) fietsen, bromfietsen,…: financiering:

    • via lening;

    • van stallingskosten; en

    • van niet-verplichte uitrusting voor de bescherming en verhoging van de zichtbaarheid van bestuurder en passagier;

  • elektrisch aangedreven gemotoriseerde driewielers (personenvervoer) en vierwielers met gesloten passagiersruimte;

  • parkeerkosten die verband houden met het gebruik van openbaar vervoer;

  • vrijgestelde kilometervergoeding van maximum 0,24 EUR per kilometer voor de woon-werkafstand die een werknemer te voet aflegt of met een voortbewegingstoestel (step, monowheel, rollator, …)
    Let wel: deze vrijgestelde ‘voetgangerspremie’ geldt enkel binnen het mobiliteitsbudget.

 

Verstrengingen

 

De wet bevat ook enkele verstrengingen.

 

Onder- en bovengrens

 

Om misbruiken tegen te gaan, geldt vanaf 1 januari 2022 een begrenzing voor de hoogte van het mobiliteitsbudget. Het mobiliteitsbudget:

  • moet minimaal 3.000 EUR op jaarbasis bedragen; en
  • mag maximaal één vijfde van het totale bruto jaarloon van de betrokken werknemer bedragen, met een absoluut maximum van 16.000 EUR.

 

Werkgevers die al een mobiliteitsbudget toekennen vóór de datum van bekendmaking van deze wet in het Belgisch Staatsblad, in casu 3 december 2021, krijgen nog tot 1 januari 2023 de tijd om zich aan deze nieuwe grenzen aan te passen.

 

Minstens aanbod in pijler 2

 

Tot nu toe kon een werkgever volledig vrij kiezen welke pijlers hij al dan niet wilde aanbieden aan zijn werknemers. 

Daar komt vanaf 1 januari 2022 verandering in. Vanaf dan moet een werkgever minstens een aanbod doen in pijler 2. Het mobiliteitsbudget zet immers uitdrukkelijk in op de omschakeling naar zachte en duurzame mobiliteit.

 

Geen CO2-uitstoot

 

Vanaf 1 januari 2026 kan een werknemer binnen pijler 1 enkel nog een wagen kiezen die geen CO2 uitstoot.

 

Vanaf diezelfde datum zal de zero-emissie-norm ook gelden binnen pijler 2 voor:

  • alle gemotoriseerde voertuigen binnen de categorie ‘zachte mobiliteit' (onder meer bromfiets); en

  • het autodelen en de huur van wagen met chauffeur.

 

Geen uitzondering meer voor einde-reeks wagens

 

Een wagen die men kiest in pijler 1 moet voldoen aan de emissienormen voor luchtverontreinigende stoffen die gelden voor nieuwe voertuigen. 

Voor einde-reeks wagens bestond hiervoor een uitzondering. Deze wordt met ingang van 1 januari 2022 geschrapt.

 

Total Cost of Ownership of TCO

 

Beroepskosten

 

Vanaf 1 januari 2022 mag de werkgever de kosten verbonden aan het beroepsmatig gebruik van de bedrijfswagen buiten beschouwing laten bij de bepaling van de hoogte van het mobiliteitsbudget.


Hij moet de werknemer dan wel vergoeden voor de professionele verplaatsingen. Deze vergoeding komt bovenop het mobiliteitsbudget.

 

Administratieve vereenvoudigingen

 

Bij koninklijk besluit kan men een formule vastleggen voor de bepaling van het bedrag van het mobiliteitsbudget.

 

Deze formule:

  • moet de werkgever toepassen wanneer de bepaling van de TCO van de wagen gebeurt op basis van de reële kosten;
  • mag de werkgever toepassen wanneer de bepaling van de TCO gebeurt op basis van forfaitaire waarden.

 

De werkgever mag de TCO van de wagen die men eventueel kiest binnen pijler 1 vanaf 1 januari 2022 ook forfaitair aanrekenen op het mobiliteitsbudget.

 

Wachttermijnen

 

Momenteel moeten zowel werkgever als werknemer specifieke wachttermijnen in acht nemen voor zij van start kunnen gaan met het mobiliteitsbudget.

 

Deze wachttermijnen zetten echter een aanzienlijke rem op de doorbraak van het systeem. Daarom heft men de wachttermijnen voor werknemers op.

 

De wachttermijn voor werkgevers blijft echter behouden.

 

Vanaf wanneer?

 

De wijzigingen treden in werking op 1 januari 2022.

 

De bepalingen met betrekking tot de zero-emissie-norm gelden vanaf 1 januari 2026. 

Wat betekent dit voor de werkgever?

Met het mobiliteitsbudget beschikt de werkgever over een interessant instrument om de mobiliteit van zijn werknemers op een andere, meer duurzame manier te organiseren.

 

Met enkele gerichte ingrepen enerzijds en uitbreiding van de bestedingsmogelijkheden anderzijds wil de regering het mobiliteitsbudget vanaf 1 januari 2022 een duw in de rug geven.

 

Op één uitzondering na, gelden er geen overgangsmaatregelen voor werkgevers die al een mobiliteitsbudget toekennen. Zij zullen hun lopend plan dus in overeenstemming moeten brengen met de nieuwe regels.  

 

Werkgevers die hiermee aan de slag willen of moeten gaan of hun mobiliteitsbeleid onder de loep willen nemen, kunnen hiervoor terecht bij onze consultants.

Zij zijn te bereiken via KMOconsultancy@sdworx.com en Consulting@sdworx.com.

Bron:
Wet van 25 november 2021 houdende fiscale en sociale vergroening van de mobiliteit, bl. 115666

Oeps,

Onze excuses, er is iets fout gelopen.

Probeert u het later eens opnieuw.

Was deze informatie nuttig voor u?

Ja Nee

Welke van de volgende beschrijft jouw feedback het best?






Jouw feedback

De versie van de browser die U gebruikt is niet optimaal voor deze website. De meeste functies zullen niet goed werken. De versie die u gebruikt wordt ook niet meer ondersteund door Microsoft en hierdoor loopt u security risico’s. Om de veiligheid en privacy van uw data te kunnen blijven garanderen, raden wij aan om zo snel mogelijk naar Internet Explorer 11 te upgraden of de laatste versie van een andere browser te gebruiken.