Feedback
ella
Europese sociale zekerheidsregels voor mobiele werknemers : overgangsperiode van 10 jaar stopt in mei 2020
Losse berichten
Gepubliceerd op 08/07/2019

Een Europese Verordening bepaalt welke nationale wetgeving van toepassing is op werknemers en zelfstandigen:

  • die in verschillende landen actief zijn, of
  • die tijdelijk van één land naar een ander EU-land gedetacheerd worden.

De regels daaromtrent werden in 2010 gewijzigd. Werknemers en zelfstandigen die voor 2010 al grensoverschrijdend aan de slag waren, konden tijdens een overgangsperiode onder de oude regels blijven vallen. Deze periode loopt eind april 2020 af.

Het zou dus kunnen dat bepaalde werknemers en zelfstandigen die nu nog onder de oude regels vallen, hun sociale bijdragen vanaf mei 2020 in een ander EU-land moeten betalen. Ze moeten dan het initiatief nemen om de bevoegde instanties (in België: RSZ en RSVZ) daarover te informeren. Voor een werknemer ligt de bal in het kamp van de werkgever om de situatie te actualiseren.

Context

Europa heeft al lang een belangrijke Verordening voor Europese werknemers en zelfstandigen die mobiel zijn binnen de Europese Unie. De Verordening bepaalt onder meer welke nationale wetgeving van toepassing is op werknemers en zelfstandigen die in verschillende landen actief zijn, of die tijdelijk van één EU-land naar een ander EU-land gedetacheerd worden.

De oude Verordening was sterk verouderd en was dus aan modernisering toe. In mei 2010 is er een nieuwe verordening in de plaats gekomen.

Maar gedurende een overgangsperiode van 10 jaar konden werknemers en zelfstandigen onder de oude regels blijven vallen. Deze periode is vooral van belang voor diegenen die tegelijkertijd in verschillende lidstaten werken. Men spreekt dan van een gelijktijdige tewerkstelling.

Juridische inhoud

1.  Gelijktijdige tewerkstelling in verschillende landen: substantiële activiteiten in woonland vereist

De oude Verordening voorzag dat de sociale zekerheid van de woonstaat van toepassing is op een werknemer die voor een werkgever in verschillende lidstaten werkt. De werknemer moet wel een deel van zijn activiteiten in dit land uitoefenen. Anders valt hij onder de wetgeving van het land waar zijn werkgever is gevestigd.

Bijvoorbeeld: een werknemer die in België woont, werkt 10% in België en 90% in Nederland voor een Nederlandse firma. In dit geval was de Belgische sociale zekerheidswetgeving van toepassing voor de hele tewerkstelling.

De nieuwe Verordening legde in 2010 echter een bijkomende voorwaarde op. De sociale zekerheid van de woonstaat is alleen van toepassing, indien de werknemer substantiële activiteiten in dit land verricht. Substantiële activiteiten zijn activiteiten die minstens voor 25% van de arbeidstijd worden verricht in de woonstaat, of waarvoor men in dit land minstens 25% van het loon of omzet ontvangt.

Indien er geen substantiële activiteiten worden verricht in de woonstaat, is de sociale zekerheid, van de lidstaat waar de werkgever zijn zetel heeft, van toepassing.

Wat betreft het voorbeeld hierboven zien we onmiddellijk dat de werknemer niet meer onder de Belgische sociale zekerheid kon vallen op basis van de nieuwe regels in 2010. Hij werkt immers minder dan 25% in België.

Maar de nieuwe Verordening voorzag een overgangsperiode van 10 jaar, tot eind april 2020. De betrokken werknemer kon onder de oude regels blijven vallen op voorwaarde dat:

  • zijn situatie in de tussentijd niet wijzigde, of
  • hij niet uitdrukkelijk vroeg om onder de nieuwe regels te vallen.

Zelfstandigen die actief zijn in verschillende lidstaten, konden ook aanspraak maken op de overgangsregeling. Het substantieel aspect van hun activiteiten speelt voor hen ook een rol om te bepalen of de woonstaat al dan niet bevoegd is. Indien ze dit wensten, konden ze echter ook blijven genieten van de oude regels tijdens dezelfde overgangsperiode.

2. Werknemer in de ene lidstaat, zelfstandige in een andere

In 2010 werden de regels ook gewijzigd voor diegenen die als werknemer in een lidstaat werken en in een andere lidstaat actief zijn als zelfstandige.  

De oude Verordening voorzag een uitzondering op het eenheidsprincipe voor een aantal EU-lidstaten. Dit principe houdt in dat de werknemer en/of zelfstandige onder de sociale zekerheidswetgeving van één land valt, zelfs als hij in verschillende landen actief is.

België had een uitzondering op het eenheidsprincipe gekregen. Wie bijvoorbeeld actief was als zelfstandige in België en daarnaast nog een activiteit uitoefende als werknemer in Nederland, moest zowel in België als Nederland sociale bijdragen betalen. Volgens de nieuwe regels moet de persoon alle bijdragen in Nederland betalen, zowel voor het loontrekkend als voor het zelfstandig luik.

Voorbeeld: een Belg ontvangt een vergoeding als bestuurder van een Belgische BVBA en een loon als werknemer van een Nederlandse onderneming. Volgens de oude regels moet de persoon bijdragen als zelfstandige in België betalen en bijdragen als werknemer in Nederland.

Vanaf mei 2010 zien de regels er anders uit: hij moet ook sociale bijdragen in Nederland betalen op zijn inkomen voor zijn Belgisch bestuurdersmandaat.

Maar ook hier kon de betrokkene gebruik maken van de overgangsperiode om nog 10 jaar lang onder de oude regels te blijven vallen. Hier komt nu ook een einde aan en de betrokkene moet uiterlijk tegen eind april 2020 zijn situatie regulariseren.

3.  Niet dezelfde overgangsperiode voor iedereen

Volledigheidshalve melden we dat het einde van de overgangsperiode in mei 2020 alleen geldt voor de EU-onderdanen. De nieuwe verordening is immers pas begin 2011 van toepassing geworden op de niet-EU-onderdanen. Voor hen loopt de overgangsperiode van 10 jaar dus nog verder.

Voor werknemers die in verschillende landen voor verschillende werkgevers werken, is de bijkomende voorwaarde van substantiële activiteiten later gekomen. Voor hen is de voorwaarde pas vanaf 28 juni 2012 van kracht geworden. Dit betekent dus dat hun overgangsperiode van 10 jaar nog verder loopt.

4.  Initiatief ligt bij de persoon zelf (of zijn werkgever)

Het zou dus kunnen dat bepaalde werknemers en zelfstandigen, die nu nog onder de oude regels vallen, hun sociale bijdragen vanaf mei 2020 in een ander EU-land moeten betalen. Ze moeten dan het initiatief nemen om de bevoegde instanties daarover te informeren. In België is dit de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) voor werknemers of het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen (RSVZ).

Voor een werknemer ligt de bal in het kamp van de werkgever om de situatie te actualiseren.

5.  Hulp nodig?

U heeft het begrepen, het is nogal een complexe materie. Indien u hieromtrent vragen heeft, kan u steeds contact opnemen met onze consultants van Legal International via TaxConsultancy@sdworx.com.

Oeps,

Onze excuses, er is iets fout gelopen.

Probeert u het later eens opnieuw.

Was deze informatie nuttig voor u?

Ja Nee

Welke van de volgende beschrijft jouw feedback het best?






Jouw feedback

De versie van de browser die U gebruikt is niet optimaal voor deze website. De meeste functies zullen niet goed werken. De versie die u gebruikt wordt ook niet meer ondersteund door Microsoft en hierdoor loopt u security risico’s. Om de veiligheid en privacy van uw data te kunnen blijven garanderen, raden wij aan om zo snel mogelijk naar Internet Explorer 11 te upgraden of de laatste versie van een andere browser te gebruiken.