Juridische inhoud

1. Anti-cumul ZIV-uitkering en uitkeringen op basis van vreemde wetgevingen of van interne regelingen van een internationale of supranationale organisatie.

1.1. Anti-cumul tussen ziekte-uitkeringen en moederschapsuitkering

Tijdens het tijdvak waarin een werkneemster moederschapsuitkeringen ontvangt, heeft zij geen recht op ziekte-uitkeringen.

De wetgeving bepaalt binnenkort ook uitdrukkelijk dat deze regel eveneens geldt wanneer er een recht is op moederschapsuitkeringen op basis van een vreemde wetgeving.

1.2. Anti-cumul ZIV-uitkeringen & schadeloosstelling op basis van andere Belgische, vreemde regelgeving of intern stelsel van een supranationale of internationale instelling

Wie uitkeringen of vergoedingen kan bekomen op basis van een andere Belgische wetgeving of op basis van een vreemde wetgeving, kan in principe geen uitkeringen of tussenkomst van het ziekenfonds bekomen.

Nu wordt verduidelijkt dat dit ook geldt voor zij die een vergoeding of uitkeringen kunnen bekomen op basis van het intern stelsel van een supranationale of internationale instellingen (zoals de instellingen van de Europese Unie).

1.3. Vanaf wanneer?

2. Berekeningsbasis ZIV-uitkeringen voor vrijwillige brandweerlieden, vrijwillige ambulanciers en vrijwilligers van de civiele bescherming wettelijk vastgelegd

2.1. Huidige praktijk

Vandaag stelt men de berekeningsbasis voor ziekte-uitkeringen van vrijwillige brandweerlieden vast volgens de regels voor werknemers geheel of gedeeltelijk betaald met commissieloon.

Omwille van de onregelmatigheid van de prestaties en de fluctuaties van de bezoldigingen biedt deze methode de beste garantie op een zo correct mogelijke vaststelling van het loon, dat als berekeningsbasis dient voor de uitkeringen.

2.2. Wettelijk kader voor vrijwillige brandweerlieden, vrijwillige ambulanciers & vrijwilligers civiele bescherming

Het voorontwerp verankert nu deze praktijk in de wetgeving en breidt ze uit naar de vrijwillige ambulanciers en de vrijwilligers van de civiele bescherming.

Het gaat om vrijwillige ambulanciers van hulpverleningszones én om hulpverleners-ambulanciers met een brevet, afgeleverd door een opleidings- of vervolmakingscentrum voor hulpverleners-ambulanciers. Vrijwilligers van de civiele bescherming zijn tewerkgesteld door de FOD Binnenlandse zaken.

2.3. Gemiddeld dagloon op basis van vier voorafgaande kwartalen

Voor deze personen wordt het gemiddeld dagloon dat in aanmerking komt bepaald aan de hand van  het loon, onderworpen aan RSZ-bijdragen, tijdens de vier kwartalen voorafgaand aan het kwartaal waarin het risico zich voordoet.

Heeft de betrokken persoon niet één van deze hoedanigheden vanaf het begin van deze referteperiode van vier kwartalen, dan start de referteperiode vanaf het ogenblik dat hij de hoedanigheid verwerft.

Ter herinnering:
Als loon komen in aanmerking alle bedragen en voordelen toegekend ter uitvoering van de overeenkomst én onderworpen aan de normale RSZ-bijdragen.

Uitgesloten zijn:

• premies en gelijkaardige voordelen toegekend onafhankelijk van het aantal effectief gewerkte dagen in het kwartaal van aangifte, zoals de eindejaarspremie;
• het bijkomend vakantiegeld;
• het loon voor overwerk, tenzij het loon voor overuren minstens 10% van het totale loon binnen een welbepaalde referteperiode bedraagt.

Merk op:

Vergoedingen aan personen in voornoemde hoedanigheden genieten van een bijzondere behandeling bij de onderwerping aan RSZ-bijdragen. Vergoedingen voor:

• niet-uitzonderlijke prestaties zijn vrijgesteld van sociale zekerheidsbijdragen voor zover zij het bedrag van 1.100,49 EUR/kwartaal (bedrag vanaf 1 oktober 2018) niet overschrijden. Bij overschrijding zijn RSZ-bijdragen verschuldigd op de totale vergoeding.
• uitzonderlijke prestaties zijn steeds vrijgesteld van bijdragen, ongeacht de hoogte van het bedrag.

2.4. Vanaf wanneer?