Feedback
ella
Sociale partners sluiten ontwerpakkoord 2023 - 2024
Losse berichten
Gepubliceerd op 18/03/2023

De Groep van 10, dat zijn de onderhandelaars van de interprofessionele werkgevers- en werknemersorganisaties, sloten gisteren een ontwerp van sociaal akkoord voor 2023 en 2024.  

 

Ze verlengen onder meer de bestaande regelingen rond SWT en landingsbanen.  Daarnaast blazen ze de 120 extra netto vrijwillige overuren (die eind 2022 afgelopen waren) nieuw leven in.  Ze vragen de regering om de fiscale en sociale behandeling van aanvullende pensioenen voorlopig ongewijzigd te laten. En herbevestigen het plan om het algemeen minimumloon in verschillende stappen op te trekken, met een volgende fase op 1 april 2024.

 

In de tekst verderop vind je meer informatie over een aantal beslissingen in het ontwerpakkoord. Uiteraard volgt meer informatie zodra die beschikbaar is.

 

Goedkeuring en concretisering

 

Let op! Het gaat voorlopig nog om een ontwerp. De leden van de ondertekenende partijen moeten het nog goedkeuren. Dat gebeurt in principe snel.  

 

Nadien zullen alle beslissingen ook nog formeel in collectieve arbeidsovereenkomsten (binnen de Nationale Arbeidsraad, soms ook de sector of het bedrijf) of in de wetgeving moeten neergeschreven worden. Elke maatregel vergt immers de nodige en soms complexe juridische onderbouw.

 

Dat zal de nodige tijd vergen, zeker wanneer het akkoord van de regering én de aanpassing van de wetgeving noodzakelijk is. De informatie in deze nieuwsbrief is met andere woorden nog onder voorbehoud.

 

Loonnorm en koopkrachtpremie

 

De sociale partners hadden al eerder vastgesteld dat ze geen akkoord vinden over de maximale loonnorm voor 2023 en 2024. De procedure van de wet van ’96 schrijft dan voor dat de federale regering het heft in handen neemt. De komende weken zal dat ook gebeuren.  

 

De loonmarge zal 0% bedragen.  Er zal met andere woorden geen ruimte zijn voor een stijging van de gemiddelde loonkost, bovenop de indexering en de baremieke verhogingen. Wel zullen bedrijven die in 2022 hoge of uitzonderlijke winst boekten, hun personeel een eenmalige koopkrachtpremie kunnen toekennen. Die zal maximaal 500 of 750 euro kunnen bedragen, en zal als consumptiecheque toegekend worden.

 

Sectorale ronde 2023 - 2024

 

Na de regering en de interprofessionele onderhandelaars, zijn de sociale partners in de sectoren aan zet. Zij zullen de beslissingen die interprofessioneel genomen zijn, aangevuld met wettelijke topics (koopkrachtpremie, opleidingsverplichtingen, …), op sectoraal niveau bespreken. Dan pas zullen bedrijven een volledig zicht krijgen op alle verplichtingen in 2023 en 2024 op vlak van loon- en arbeidsvoorwaarden.

 

Voor de start van de sectorale onderhandelingen is het waarschijnlijk wachten tot eind april, begin mei. Sommige sectoren zullen pas later de gesprekken aanvatten.

Juridische inhoud

1. SWT: minimumleeftijd en vrijstelling van aangepaste beschikbaarheid

Leeftijd en loopbaan

 

De sociale partners zullen de tijdelijke regimes van SWT op 60 jaar (zwaar beroep, nachtarbeid, bouw, lange loopbaan) behouden, tot 30 juni 2025. Ook voor SWT op 58 jaar (mindervalide werknemers en werknemers met ernstige lichamelijke problemen) komt die verlenging er, eveneens tot 30 juni 2025. In ondernemingen in moeilijkheden of herstructurering blijft de minimumleeftijd 60 jaar.

 

Ook voor het regime waarbij een SWT’er een vrijstelling kan genieten van de verplichting tot aangepaste beschikbaarheid, blijven de regels ongewijzigd tot 30 juni 2025. In grote lijnen gaat het ofwel om een minimumleeftijd van 62 jaar, ofwel om een beroepsverleden van minstens 42 jaar.

 

Decava

 

In dit kader ook vermeldenswaard: eind vorig jaar besliste de regering om de werkgeversbijdragen, berekend op de aanvullende vergoeding in een SWT (Decava), tijdelijk te verhogen.  Voor 2023 en 2024 zijn hogere percentages verschuldigd.  De sociale partners vragen om deze verhoging niet toe te passen op ontslagen met het oog op SWT gegeven vóór respectievelijk 1 januari 2023 en 1 januari 2024.  Het is afwachten of de regering op deze vraag zal ingaan.

2. Landingsbaan met uitkering vanaf 55 jaar

De minimale instapleeftijd in het kader van een landingsbaan (tijdskrediet) met uitkeringen is normaal 60 jaar. Een cao van de Nationale Arbeidsraad kan de leeftijd voor werknemers met een lange loopbaan, een zwaar beroep of in een onderneming in moeilijkheden of herstructurering echter lager leggen.  Tot midden 2023 is dat ook het geval. Voor deze werknemers kan een landingsbaan (1/5de of halftijds) mét uitkeringen al vanaf 55 jaar. Die regeling zal verlengd worden, tot 30 juni 2025.  

 

Ook voor doelgroepwerknemers in een beschutte of sociale werkplaats, een maatwerkbedrijf of ‘entreprise de travail adapté’, zou er vanaf 1 juli 2023 een regeling moeten komen vanaf 55 jaar, met minstens 25 jaar (in plaats van 35 jaar) loopbaan.

3. Flexibiliteit: netto vrijwillige overuren, fiscaal gunstige gewone overuren en economische werkloosheid bedienden

Tot eind 2022 konden werkgevers en werknemers in alle sectoren gebruik maken van de zogenaamde ‘extra netto vrijwillige relance-overuren’.  Het ging om 120 extra vrijwillige overuren op jaarbasis.  Voor deze uren was geen recuperatie en geen overloon voorzien.  Ze waren evenmin onderworpen aan sociale of fiscale lasten, vandaar het netto karakter. De sociale partners vragen de regering dit regime ongewijzigd te verlengen, tot 30 juni 2025.

 

Hetzelfde geldt voor de optrekking van het aantal fiscaal gunstige 'gewone' overuren (met een gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting bedrijfsvoorheffing voor de werkgever, en een belastingverlaging voor de werknemer) van 130 naar 180 uur per jaar, voor alle sectoren.  Dat systeem bestaat nog tot 30 juni 2023.  De sociale partners vragen de regering het te verlengen, tot 30 juni 2025.

 

De sociale partners zullen tenslotte ook de interprofessionele regeling (CAO nr. 159) rond tijdelijke economische werkloosheid voor bedienden tot midden 2025 verlengen.

4. Minimumloon

De sociale partners hadden al eerder beslist het interprofessioneel minimumloon stapsgewijs te verhogen.  Op 1 april 2022 namen ze daartoe een eerste stap. 

 

Op 1 april 2024 en 1 april 2026 volgen de tweede en de derde stap, met telkens een verhoging van het gewaarborgd gemiddeld minimum maandinkomen met 35 euro bruto.  Om de kost voor de werkgever te beperken, en het netto-resultaat voor de werknemer te verhogen, komt er tegelijkertijd opnieuw een ingreep in de bijdragen en inhoudingen op (zeer) lage lonen.

5. Aanvullende pensioenen

Om de verschillen tussen arbeiders en bedienden inzake aanvullende pensioenen te beëindigen, gelden twee deadlines.  Sectoren moeten uiterlijk eind 2026 een regeling treffen, bedrijven hebben tijd tot eind 2029.

 

Om de gesprekken daarover alle kans te geven, vragen de sociale partners opnieuw een ‘standstill’ voor de fiscale en parafiscale regels voor de tweede pijler.  Ze vragen de regering om tot eind 2027 niets te wijzigen aan de huidige fiscale en sociale behandeling van premies, bijdragen en prestaties, noch voor werkgevers, noch voor werknemers.

6. Verlengingen

In het ontwerpakkoord is ook sprake van een aantal klassieke verlengingen.  Het betreft:

  1. de werkgeversbijdrage van 0,10% voor de inspanningen ten voordele van de risicogroepen;

  2. het systeem van de sociaal en fiscaal vrijgestelde innovatiepremie;

  3. de mogelijke vrijstelling van de startbaanverplichting wanneer de sector een werkgeversbijdrage van 0,15% voorziet bij risicogroepen;

  4. het zogenaamde 'derdebetalersysteem' voor de tussenkomst in de kosten voor het woon-werkverkeer met een treinabonnement (80 % werkgever, 20 % overheid);

  5. het behoud van de boete voor het niet-aanbieden van outplacement op 1.800 euro.

 

 

Oeps,

Onze excuses, er is iets fout gelopen.

Probeert u het later eens opnieuw.

Was deze informatie nuttig voor u?

Ja Nee

Welke van de volgende beschrijft jouw feedback het best?






Jouw feedback

De versie van de browser die U gebruikt is niet optimaal voor deze website. De meeste functies zullen niet goed werken. De versie die u gebruikt wordt ook niet meer ondersteund door Microsoft en hierdoor loopt u security risico’s. Om de veiligheid en privacy van uw data te kunnen blijven garanderen, raden wij aan om zo snel mogelijk naar Internet Explorer 11 te upgraden of de laatste versie van een andere browser te gebruiken.