Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wijzigt de gewestelijke opcentiemen. Hierdoor zou elke belastingplichtige volgens de memorie van Toelichting een korting krijgen van 0,5% op de personenbelasting.
De korting wordt toegekend vanaf het aanslagjaar 2018 (inkomstenjaar 2017).
Belastingbevoegdheid gewesten
Sinds de 6e staatshervorming krijgen de gewesten een grotere bevoegdheid op fiscaal vlak. Tot op heden voelen we de gevolgen enkel op het vlak van de belastingverminderingen, o.a. verbonden aan de eigen woning, dakisolatie,….
Naast de bevoegdheid over de fiscale voordeelregimes gekoppeld aan hun bevoegdheden, kunnen de gewesten ook opcentiemen heffen.
Hoe werken gewestelijke opcentiemen ?
De personenbelasting zelf (tarieven, belastingvrije sommen,….) blijft berekend op basis van de federale belastingregels. Een deel van deze belasting vermindert de administratie met een autonomiefactor. Op dit saldo of de 'gereduceerde belasting staat' (= federaal) kunnen de gewesten opcentiemen heffen. Op dit moment komt het percentage gewestelijke opcentiemen overeen met het bedrag van de vermindering door de autonomiefactor. Men voelt dus geen verschil in de praktijk. Deze (theoretische) opsplitsing vind je wel terug op het aanslagbiljet dat elke belastingplichtige jaarlijks ontvangt.
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wijzigt de formule van de berekening van de gewestelijke opcentiemen. Volgens de memorie van Toelichting krijgen de inwoners van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een korting van 0,5% op de personenbelasting.
Minder gewestbelasting betekent eveneens ook minder gemeentebelasting. De gemeentebelasting op haar beurt is een opcentiemen op de totale federale en gewestelijke belasting.
Welke gewest is bevoegd ?
Het bevoegd gewest is het gewest waar de belastingplichtige is gevestigd op 1 januari van het aanslagjaar. Voor inkomstenjaar 2017 is 1 januari 2018 het beoordelingsmoment.
Woont een belastingplichtige gedurende 2017 in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, maar verhuist hij op 15 december 2017 naar Wallonië, dan heeft hij geen recht op de korting. Hij woont immers op 1 januari 2018 niet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. In de omgekeerde situatie heeft hij wel recht op de korting, ook al woont hij slechts gedurende een korte tijd in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Geen wijziging bedrijfsvoorheffing
De korting wordt niet in rekening gebracht in de bedrijfsvoorheffing, maar wordt pas verrekend in de eindafrekening (aanslagbiljet).
Een cijfervoorbeeld
We vergelijken de belastingdruk tussen enerzijds het Vlaams of Waals Gewest en anderzijds het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan de hand van een gehuwd koppel waarvan de man 2.500 EUR bruto per maand verdient en de vrouw 3.500 EUR. Voor de eenvoud brengen we geen andere belastingverminderingen of -aftrekken in rekening.
De autonomiefactor voor 2017 is nog niet gekend, daarom nemen we de autonomiefactor en de tarieven van 2016 als uitgangspunt.
Dit levert voor dit gezin een belastingvoordeel of korting op van 105,02 EUR (= 37,9 + 67,12).
Vlaams of Waals gewest | Brussels Hoofdstedelijk gewest | |||
man | vrouw | man | vrouw | |
BRUTO |
34.800,00 (2500 x13,92) |
48.720,00 (3500 x13,92) |
34.800,00 (2500 x13,92) |
48.720,00 (3500 x13,92) |
RSZ | -4.525,48 | -6.335,68 | -4.525,48 | -6.335,68 |
Bruto belastbaar | 30.274,52 | 42.384,32 | 30.274,52 | 42384,32 |
gereduceerde belasting staat | 5.247,15 | 9.293,18 | 5.247,15 | 9.293,18 |
gewestelijke opcentiemen | 1.842,64 | 3.263,49 | 1.807,22 | 3.200,76 |
gemeentebelasting 7% | 496,29 | 878,97 | 493,81 | 874,58 |
TOTAAL BELASTING | 7.586,08 | 13.435,64 | 7.548,18 | 13.368,52 |
Belastingvoordeel | 37,9 | 67,12 |
Wat betekent dit voor de werkgever?
Deze wijziging heeft geen invloed op de bedrijfsvoorheffing en heeft dus geen onmiddellijk gevolgen voor de werkgever. Iedere belastingplichtige die woont in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zal aan het eind van de rit bij de eindafrekening iets meer netto overhouden.