De regering nam diverse maatregelen om het hoofd te bieden aan de coronacrisis. Deze kwamen al in eerdere nieuwsbrieven aan bod.
Voor sommige maatregelen was nog de formele publicatie van een koninklijk besluit (KB) vereist. Dat gebeurde op de laatste dag van 2020. De publicatie voegt inhoudelijk niets toe aan wat we al bespraken.
Overzicht maatregelen
Voor de volledigheid zetten we de betrokken maatregelen op een rij. We verwijzen daarbij telkens naar de nieuwsbrieven waarin ze uitgebreid aan bod kwamen.
1. Versoepelingen gelegenheidsarbeid land- en tuinbouw
In de land- en tuinbouwsector kunnen arbeiders een beperkt aantal dagen per jaar werken onder een gunstig RSZ-regime.
De bijdragen voor gelegenheidsarbeiders worden niet berekend op het werkelijke loon, maar op een forfaitair dagloon.
Bovendien is de werkgeversbijdrage voor hen lager, omdat noch de bijdrage jaarlijkse vakantie, noch de loonmatigingsbijdrage verschuldigd is.
Fruitteelt: uitbreiding tot 100 dagen gelegenheidsarbeid
Fruittelers kunnen in 2021 opnieuw 35 dagen extra aanvragen (bovenop de bestaande 65 dagen) bij de voorzitter van het paritair comité voor het tuinbouwbedrijf en bij het Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf.
Versoepeling 180-dagen-regel
Om van het voordelig regime te kunnen genieten, mag de gelegenheidsarbeider in de loop van de 180 voorafgaande dagen niet in een ander statuut gewerkt hebben in de land- of tuinbouwsector.
Voor gans 2021 beperkt men deze 180-dagen-regel tot het niveau van de eigen onderneming.
Deze bepalingen treden in werking op 1 januari 2021 en gelden tot en met 31 december 2021.
Meer informatie vindt u in onze nieuwsbrief van 5 december 2020.
2. Vrijstelling van socialezekerheidsbijdragen voor
vrijwillige overuren in de cruciale sectoren
Voor werkgevers uit de cruciale sectoren stelt men het bijkomende krediet van 120 vrijwillige overuren opnieuw beschikbaar voor de periode van 1 oktober 2020 tot en met 31 december 2020 (Q4).
Bovendien voorziet men voor deze werkgevers ook voor de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 maart 2021 (Q1) in een extra contingent van 120 bijkomende vrijwillige overuren.
D
e werkgever mag het loon voor de gepresteerde bijkomende overuren (maximum 120u voor Q2 en Q4 2020 samen en maximum 120u voor Q1 2021) netto uitbetalen.
De werknemer moet geen belasting betalen op het verdiende loon.
Het loon voor de gepresteerde bijkomende uren is ook vrijgesteld van socialezekerheidsbijdragen. Het KB dat op 31 december gepubliceerd werd, regelt dit formeel.
Deze bepaling treedt in werking op 1 oktober 2020 en geldt tot en met 31 maart 2021.
Meer informatie vindt u in onze nieuwsbrief van 30 december 2020 (Publicatie diverse steunmaatregelen).
3. Consumptiecheques blijven langer geldig
Werknemers kunnen hun consumptiecheques tot en met 31 december 2021 uitgeven in de horeca, sport- en cultuursector en sommige kleinhandelszaken.
Federale en Vlaamse zorginstellingen krijgen extra tijd (tot en met 30 juni 2021) om consumptiecheques toe te kennen aan hun personeel.
Deze bepalingen treden in werking op 31 december 2020.
Meer informatie vindt u in onze nieuwsbrief van 31 december 2020.
Wat betekent dit voor de werkgever?
De publicatie van het koninklijk besluit is een louter formeel gegeven. Inhoudelijk voegt dit niets toe aan de maatregelen die eerder al werden besproken.