Feedback
ella
Burn-out preventie binnen uw onderneming? Vraag voor 15 september sponsoring aan.
Uit de wandelgangen van de overheid 21/06/2018
Gepubliceerd op 21/06/2018

2017, het jaar van de burn-out

 

2017 was het jaar van de burn-out, zo kopte De Tijd. Dit weegt op het gemoed van de getroffen werknemers en hun werkgevers, maar evenzeer op de begroting.

 

Met het interprofessioneel akkoord 2017-2018 plaatsten de sociale partners burn-out dan ook bovenaan hun agenda. Inzetten op pilootprojecten ter preventie van burn-out was de idee.

De regering kon niet achterblijven en nam het wettelijk kader voor de projecten in de Wet Economische Relance op. Budget werd gevonden in het niet gebruikte saldo van de bijdragen van 0,10 % risicogroepen.

 

De sociale partners en de Nationale Arbeidsraad zorgden voor de verdere praktische uitwerking. Hierna was het nog wachten op het koninklijk besluit dat de modaliteiten voor de financiële ondersteuning van de pilootprojecten bepaalt.

 

Dit koninlijk besluit werd op 15 juni 2018 door de ministerraad goedgekeurd. Het ontwerp wordt momenteel voor advies aan de Raad van State voorgelegd.

 

 

Financiële ondersteuning voor de pilootprojecten

 

Het koninklijk besluit werkt een kader uit voor de toekenning van subsidies aan ondernemingen. Met deze subsidie kan de onderneming een eigen project ter preventie van burn-out sponsoren.

 

Geïnteresseerde werkgevers kunnen uiterlijk 15 september 2018 via een elektronisch formulier op de website van de Nationale Arbeidsraad (in voorbereiding)  of de FOD WASO (nog geen link beschikbaar) een project indienen. Dit project moet inzetten op de primaire preventie van burn-out. Dit betekent dat het dus niet mag gaan om de begeleiding van werknemers die reeds getroffen zijn door een burn-out. Doel is en blijft om het uitvallen van werknemers met een burn-out te vermijden, dan wel de aantallen terug te dringen.

 

De Nationale Arbeidsraad beoordeelt de ingediende projecten met de hulp van experten en brengt aan de minister van Werk uiterlijk 15 november 2018 een advies uit over te aanvaarden en te weigeren projecten. De minister van Werk beslist op basis hiervan over de toekenning van een subsidie en licht het bedrijf uiterlijk 15 december 2018 van zijn beslissing in.

 

Eens aanvaard, maakt de werkgever aanspraak op een sponsorbudget van 8.000 euro, excl. BTW. Dit budget wordt in twee schijven uitbetaald.


Opgelet!

Deze bespreking is gebaseerd op een ontwerptekst en op de info die in voorlezing op de website van de Nationale Arbeidsraad te vinden is. Er kunnen dus nog wijzigingen aan de tekst volgen. Deze bespreking geldt dan ook onder voorbehoud van publicatie in het Belgisch Staatsblad.

Wat betekent dit voor de werkgever?

Wil u uw werknemers sensibiliseren rond burn-out en preventief maatregelen nemen om een uitval te voorkomen, dan kan u voor uw project financiële ondersteuning krijgen. De financiële ondersteunig bedraagt 8.000 euro (excl. BTW) en kan aangevraagd worden via een formulier verkrijgbaar op de website van de Nationale Arbeidsraad of de FOD WASO. Uiterlijke aanvraagdatum is 15 september 2018.

Bron:
Nationale Arbeidsraad, advies 2080 van 27.02.2018, interprofessioneel akkoord 2017-2018 - Burn-out;
Wet van 26 maart 2018 betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie – artikelen 13 en 14: Projecten preventie burn-out, BS 30.03.2018, blz. 31612 - 31613.
Ontwerp koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 26 november 2013 tot uitvoering van artikel 191, § 3, van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I) met betrekking tot de projecten voor de primaire preventie van burn-out op het werk.

Juridische inhoud

1. Pilootprojecten ter preventie van burn-out: wat vooraf ging

2017 was het jaar van de burn-out, zo kopte De Tijd. Dit weegt op het gemoed van de getroffen werknemers en hun werkgevers, maar evenzeer op de begroting.

 

Met het interprofessioneel akkoord 2017-2018 plaatsten de sociale partners burn-out bovenaan hun agenda. Inzetten op pilootprojecten ter preventie van burn-out was de idee.

Hierop bleef de politiek niet bij de pakken zitten. Het wettelijk kader werd in de Wet Economische Relance opgenomen. Budget werd gevonden in het niet gebruikte saldo van de bijdragen van 0,10 % risicogroepen.

 

De sociale partners en de Nationale Arbeidsraad zorgden voor de verdere praktische uitwerking. Hierna was het nog wachten op het koninklijk besluit dat de modaliteiten voor de financiële ondersteuning van de pilootprojecten bepaalt.

 

Dit koninlijk besluit werd op 15 juni 2018 door de ministerraad goedgekeurd. Het ontwerp wordt momenteel voor advies aan de Raad van State voorgelegd.

2. Een subsidie aanvragen? Hieronder de stappen.

2.1. Wie kan een subsidieaanvraag doen?

Elk bedrijf dat valt onder het toepassingsgebied van de wet betreffende de paritaire comités kan een subsidie voor een pilootproject aanvragen. Het gaat met andere woorden voornamelijk om bedrijven die deel uitmaken van de privésector. De grootte of de sector doet er voor de aanvraag niet toe.

 

De aanvraag kan betrekking hebben op een project dat wordt uitgevoerd door één of door meerdere werkgevers gezamenlijk. In dit laatste geval wordt de aanvraag ingediend door de 'hoofdonderneming'. Dit bedrijf vermeldt in de aanvraag de andere aan het project deelnemende bedrijven.  

 

De aanvraag kan ook worden ingediend door een paritair (sub)comité.

 

2.2. Hoe een project indienen?

Werkgevers die geïnteresseerd zijn in een subsidie voor hun project vinden op de websites van de Nationale Arbeidsraad (nog in voorbereiding) en van de FOD WASO (nog niet beschikbaar) de aanvraagformulieren terug.

 

Bedrijven hebben hiervoor tot 15 september 2018 de tijd. Deze info staat op de website van de Nationale Arbeidsraad te lezen.

 

Sectoren die een aanvraag willen indienen, kunnen dit op twee manieren doen:

 

  • Via een elektronische verzending van het dossier. Het e-mailadres voor elektronische verzending, wordt na publicatie van het koninklijk besluit gepubliceerd op de website van de Nationale Arbeidsraad;

  • Via de formulieren gepubliceerd op de website van de Nationale Arbeidsraad. Belangrijk hierbij is dat er per deelnemend bedrijf een formulier zal moeten worden ingediend. 

 

Nadat de Nationale Arbeidsraad alle aanvragen ontvangen heeft, onderzoekt zij of de aanvrager voldoet aan alle formaliteiten. Daarna onderzoekt zij de relevantie van het project en ziet zij erop toe dat de projecten per sector en volgens de grootte van de ondernemingen evenwichtig gespreid zijn. Ook de georgrafische spreiding wordt getoetst. De Nationale Arbeidsraad wordt hierbij bijgestaan door een team van experten, die zij zelf koos.

 

Zij brengt ten laatste op 15 november 2018 advies aan de minister van werk uit, die beslist over de toekenning van de subsidie. De aanvrager wordt hiervan uiterlijk 15 december 2018 op de hoogte gebracht.

2.3. Welke projecten?

Het project moet de primaire preventie van burn-out beogen. Dit betekent dat het project rechtstreeks of onrechtstreeks moet inzetten op het vermijden van burn-out in de onderneming. Het project mag enkel 'acties van collectieve aard' omvatten.

 

Concreet zal een burn-out project dus de ganse onderneming moeten sensibiliseren, er preventiemaatregelen voor moeten opleggen en deze moeten evalueren, of dit toch minstens voor bepaalde groepen van werknemers (bv: groepen van werkposten of bepaalde functies) moeten doen.

 

Wat wordt uitgesloten? Dit sluit met andere woorden de individuele begeleiding uit van werknemers die slachtoffer zijn van burn-out of hiervan de eerste tekenen vertonen. Curatieve individuele begeleidingen worden dus niet financieel ondersteund.

 

Belangrijk hierbij is dat de acties niet al eerder gerealiseerd mogen zijn. Het moet dus gaan om een volledig nieuw project, waarvoor nog geen subsidie werd toegekend.

2.4. Wie wordt er betrokken bij het project?

Aangezien het moet gaan om acties van collectieve aard zal bij het project een heel aantal partijen gemobiliseerd moeten worden. Volgende partijen moeten alvast betrokken worden: 

 

  • de werknemers;
  • het comité voor preventie en bescherming op het werk (of bij ontstentenis hiervan, de vakbondsafvaardiging);
  • de diensten voor preventie en bescherming op het werk;
  • de afdeling human resources;
  • de eventuele sociale dienst; én
  • elke andere persoon die kan bijdragen aan het slagen van het project.

 

2.5. De projectbegeleider

De projectbegeleider begeleidt het project in al haar fasen: van de sensibilisering tot de evaluatie ervan. De begeleider houdt zich niet bezig met de concrete uitvoering van het project. Wat de uitvoering betreft, blijft de onderneming met andere woorden zelf aan het stuur.

 

De begeleider moet minstens 3 jaar relevante ervaring en expertise hebben en aantonen dat hij voor het bedrijf maatregelen in meerdere van de volgende domeinen kan ontwikkelen:

 

  • De arbeidsorganisatie die betrekking heeft op het proces, de communicatiemiddelen, de bedrijfscultuur;

  • De arbeidsvoorwaarden die betrekking hebben op het competentiemanagement, het talentmanagement, het loopbaanmanagement;

  • De arbeidsinhoud die betrekking heeft op de werklast, de autonomie, het contact met derden;

  • De arbeidsomstandigheden;

  • De interpersoonlijke relaties op het werk die inzonderheid betrekking hebben op de relaties met de leden van de hiërarchische lijn, de leiderschapsontwikkeling, de relaties tussen de werknemers.

 

De begeleider mag geen publiciteit rond zijn opdrachten maken. Doet hij dit wel, dan loopt hij het risico dat hij geen nieuwe projecten meer mag begeleiden. Op deze manier wordt de vertrouwelijikheid van het project gegarandeerd.

2.6. Bedrag van de subsidie

Het jaarlijkse budget voor het subsidiëren van de projecten bedraagt 250.000 euro voor 2018 en 500.000 euro per jaar vanaf 2019.

 

Het forfaitaire bedrag van de subsidie per project bedraagt 8.000 euro, excl. BTW. Voor paritaire (sub)comité's kan dit bedrag verhoogd worden tot 24.000 euro, excl, BTW (= 3 x het gewone projectbedrag van 8.000 euro).

 

Maximum 10 % van het budget kan worden aangewend voor de uitbetaling van een vergoeding aan de experten.

 

De betaling gebeurt rechtstreeks aan de werkgever.

 

2.7. Uitvoering van het project

Het project heeft steeds een duurtijd van één jaar.

 

Voor de in 2018 ingediende aanvragen zullen de geselecteerde projecten van 15 december 2018 tot ten laatste 14 december 2019 uitgevoerd worden.

 

2.8. Tijdstip van betaling van de subsidie

De betaling van de aanvragen van 2018 gebeurt in twee schijven:

 

  • Ten vroegste in februari 2019: betaling van de eerste schijf van 50% van het bedrag van de toegekende subsidie:

  • Ten vroegste in februari 2020: een tweede schijf van 50% van het bedrag van de toegekende subsidie. Betaling van deze schijf is afhankelijk van de indiening van een gedetailleerd eindevaluatieverslag en enkele financiële stukken door de werkgever. 

 

2.9. Opvolging van de projecten

De Nationale Arbeidsraad volgt de projecten op. Zij wordt hierin bijgestaan door experten, die zij zelf gekozen heeft. Deze experten mogen het eindevaluatieverslag controleren bij het bedrijf waar het pilootproject liep.  

 

In 2020, twee jaar na de kick-off van de pilootprojecten, maken de experten een syntheseverslag op. Dit syntheseverslag is een samenvatting van alle eindevaluatieverslagen en omvat ook het advies van de experten over de resultaten van de projecten.

 

Dit verslag wordt bezorgd aan de minister van Werk. De Nationale Arbeidsraad zal het systeem van de pilootprojecten na afloop van elke cyclus blijven evalueren.

Oeps,

Onze excuses, er is iets fout gelopen.

Probeert u het later eens opnieuw.

Was deze informatie nuttig voor u?

Ja Nee

Welke van de volgende beschrijft jouw feedback het best?






Jouw feedback

De versie van de browser die U gebruikt is niet optimaal voor deze website. De meeste functies zullen niet goed werken. De versie die u gebruikt wordt ook niet meer ondersteund door Microsoft en hierdoor loopt u security risico’s. Om de veiligheid en privacy van uw data te kunnen blijven garanderen, raden wij aan om zo snel mogelijk naar Internet Explorer 11 te upgraden of de laatste versie van een andere browser te gebruiken.