Een wetsvoorstel voorziet een recht op tijdelijke werkloosheid overmacht corona voor werknemers wanneer de school, opvang of het centrum voor opvang voor personen met een handicap door corona moet sluiten. Dit kwam al aan bod in vorige nieuwsbrieven.

 

We vatten de regeling kort samen, maar gaan ook in op de procedure die de RVA voorziet.

 

Recht voor de werknemer

De werknemer heeft het recht om, zonder loonbehoud, van het werk afwezig te zijn wanneer:

• een minderjarig kind dat met hem samenwoont niet naar zijn kinderdagverblijf of naar school kan gaan, omdat het kinderdagverblijf, de klas of de school sluit als gevolg van corona;

• hij een gehandicapt kind ten laste heeft, ongeacht de leeftijd van dat kind, en dat kind niet naar een centrum voor opvang van personen met een handicap kan gaan, omdat dit centrum door corona sluit.
  Dit geldt ook bij de tijdelijke stopzetting, als gevolg van corona, van de intramurale of extramurale dienstverlening of behandeling georganiseerd of erkend door de Gemeenschappen.

 

De werknemer heeft dit recht zolang het kind niet terug kan gaan naar het kinderdagverblijf, de school of het centrum voor opvang van gehandicapte personen.

 

Attest

De werknemer die van dit recht gebruik maakt, moet zijn werkgever daarvan onmiddellijk op de hoogte brengen.

 

Hij moet aan de werkgever een attest overhandigen van het kinderdagverblijf, de school of het centrum voor opvang van gehandicapte personen.

Dat attest bevestigt de sluiting van de betrokken instelling of klas als gevolg van corona. Het attest vermeldt ook de periode van sluiting.

 

Tijdelijke werkloosheid

De werknemer heeft ten laste van de RVA recht op:

• tijdelijke werkloosheidsuitkeringen wegens overmacht; en

• de toeslag van 5,63 EUR per werkloosheidsdag.

 

Procedure

Stap 1 : De werknemer laat het ‘Attest sluiting corona' invullen en ondertekenen door de bevoegde instelling.
Het gaat hier om  de school, het kinderdagverblijf, het opvangcentrum of de dienstverlening voor gehandicapte kinderen.

 

Stap 2: De werknemer vervolledigt en ondertekent het attest en bezorgt dit aan de werkgever.

 

Stap 3: Hier maken we een onderscheid al naar gelang het al dan niet gaat om uitzonderlijk hard getroffen ondernemingen/sectoren. 

 

Uitzonderlijk hard getroffen ondernemingen/sectoren:

• De werknemer dient een C3.2A-werknemer-corona in en bezorgt dit aan zijn uitbetalingsinstelling.
  Dit is bijvoorbeeld nodig wanneer de werknemer voor de eerste keer uitkeringen tijdelijke werkloosheid aanvraagt.

• De werkgever:

• houdt het attest bij voor een eventuele controle door de RVA;

• dient op het einde van de maand een ASR WECH scenario 5 (maandelijkse aangifte tijdelijke werkloosheid) in met vermelding van het aantal uren tijdelijke werkloosheid overmacht onder de code 5.4.

 

Niet uitzonderlijk hard getroffen ondernemingen/sectoren:

• De werknemer dient een C3.2-werknemer in en bezorgt dit aan zijn uitbetalingsinstelling. 
  Dit is bijvoorbeeld nodig wanneer de werknemer voor de eerste keer uitkeringen tijdelijke werkloosheid aanvraagt of wanneer de werknemer vanaf 1 september niet meer onder de vereenvoudigde procedure overmacht valt.
  

• De werkgever:

• deelt de overmacht mee aan de RVA aan de hand van een kennisgeving tijdelijke werkloosheid wegens overmacht.
  Als reden van tijdelijke werkloosheid vermeldt de werkgever 'Corona-opvang kind wegens sluiting'. Hij vermeldt in de commentaarzone op welke datum hij het attest corona sluiting aan het bevoegde werkloosheidsbureau verzendt.
  

• verzendt het ‘attest sluiting corona’ aan het bevoegde werkloosheidsbureau via mail.
  Hij vermeldt het ticketnummer, dat terug te vinden is op de ontvangstbevestiging van de kennisgeving tijdelijke werkloosheid.
  

• bezorgt de werknemer een controlekaart C3.2A.
  

• dient een ASR WECH scenario 2 (aangifte vaststellen tijdelijke werkloosheid) in.
  

• dient op het einde van de maand een ASR WECH scenario 5 (maandelijkse aangifte tijdelijke werkloosheid) in met vermelding van het aantal uren tijdelijke werkloosheid overmacht onder de code 5.4.

 

Inwerkingtreding

Het wetsvoorstel voorziet een inwerkingtreding op 1 oktober 2020. De maatregel zou gelden tot 31 december 2020.

Een koninklijk besluit kan de maatregel nog verlengen.

 

Het wetsvoorstel werd op 8 oktober 2020 aangenomen in de plenaire vergadering. We wachten nog steeds op de publicatie in het Belgisch Staatsblad.

 

De RVA publiceert echter de volledige procedure al. Werknemers kunnen dus al gebruik maken van deze nieuwe vorm van tijdelijke werkloosheid.

Opgelet!

Deze bespreking is gebaseerd op ontwerpteksten. Aangezien de tekst aangenomen is in de plenaire vergadering, is de publicatie in het Belgisch Staatsblad nog enkel een formaliteit.