ella
Eigen doelgroepenbeleid in Brussels Gewest
De Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest maakt gebruik van haar bevoegdheid om een eigen doelgroepenbeleid te voeren.
Een eerste concrete stap wordt gezet met enkele kleine wijzigingen aan de doelgroepvermindering voor oudere werknemers.
Doelgroepvermindering ouderen aangepast
De doelgroepvermindering voor oudere werknemers wordt vanaf 1 oktober 2016 voor de werkgever gevestigd in het Brussel Hoofdstedelijk Gewest beperkt op drie punten.
- pas toekenning van de vermindering vanaf 55 jaar (in plaats van vanaf 54 jaar);
- slechts toekenning tot maximum 64 jaar op de laatste dag van het kwartaal (de federale vermindering loopt door na 65 jaar);
- enkel toekenning voor werknemers met een refertekwartaalloon tot 12.000 EUR/kwartaal (federale vermindering hanteert een maximum loongrens van 13.669,09 EUR/kw sinds 1 juli 2016).
De andere voorwaarden blijven ongewijzigd van toepassing.
Vergelijking
Bij wijze van vergelijking vermeldt de tabel ook de patronale verminderingsbedragen voor tewerkstelling van oudere werknemers volgens de bestaande (federale) reglementering (die vanaf 1 oktober 2016 niet langer van toepassing is voor vestigingen in het Brussels Gewest).
Fase 2
Er wordt een tweede aanpassing van de doelgroepvermindering ouderen gepland in het Brussels Gewest. De exacte startdatum (ten vroegste 2017) voor die tweede fase en de concrete modaliteiten zijn nog niet bekend.
Wat betekent dit voor de publieke sector?
De meeste statutaire en contractuele personeelsleden van de openbare sector vallen niet onder alle socialezekerheidsregelingen en komen dus niet in aanmerking voor de vermindering ouderen.
Gevolg werkgevers
Deze vermindering wordt in principe automatisch toegepast in de loonberekening voor ouderen die aan de voorwaarden voldoen en tewerkgesteld worden in het Brussels Gewest vanaf 1 oktober 2016, tenzij voor de oudere werknemer een andere (voordeligere)doelgroepvermindering toegepast wordt in het betrokken kwartaal.
Context
Eind oktober 2015 hebben de Brusselse sociale partners hun aanbevelingen voor een doeltreffend doelgroepenbeleid overgemaakt aan de regering.
Een geleidelijke heroriëntering blijkt aangewezen met voorrang voor:
- jongeren,
- langdurig werklozen en
- laaggeschoolden.
De herziening van de bestaande RSZ-verminderingen en activeringsmaatregelen wordt gekoppeld aan maatregelen inzake beroepsopleiding en begeleiding naar werk voor de jongere en de onderneming. Het inschakelingscontract voor werkzoekende jongeren beneden 25 jaar zonder voldoende werkervaring in de openbare en social-profitsector vanaf 1 juli 2016, zal wellicht uitgebreid worden in een tweede fase tot de privésector en naar jongeren onder de 30 jaar.
Wegens een zorgwekkende toename de laatste jaren van oudere werklozen in Brussel zal het Brussels Gewest ook de groep oudere werknemers verder gericht ondersteunen. In 2 fasen zal de bestaande federale vermindering voor ouderen herwerkt worden.
fase 1(uitgevoerd ondertussen!)
-
beperking bestaande RSZ-vermindering tot de wettelijke pensioenleeftijd;
-
vermindering van het refertekwartaalloon tot max. 12.000 euro/kwartaal (loongrens bedraagt sinds 1 juli 2016: 13.669,09 euro/kw)
fase 2 (bedragen nog te bepalen)
-
degressieve premie over 3 jaar bij aanwerving werkzoekende tussen 55 tot 58 jaar (minimum 12 maanden niet-werkend werkzoekend);
-
enige forfaitaire RSZ-vermindering voor behoud oudere werknemers van 55 tot 64 jaar met laag loon.
Omwille van de interacties met de andere Gewesten is interregionaal overleg belangrijk voor Brussel. Dit zou idealiter moeten leiden tot samenwerkingsakkoorden, eventueel een systeem van compensatie tussen de gewesten.
Een kaderordonnantie wordt voorbereid die de basis legt voor de aanpassingen die nodig zijn in de Brusselse context.
De overstap naar het nieuwe kader zal wellicht in 2017 gebeuren via een besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering of ordonnantie ad hoc.
Zie de gezamenlijke brochure rond doelgroepkortingen opgesteld door VBO, VOKA, UWE en BECI voor verdere toelichting.
Juridische inhoud
1. Doelgroepvermindering oudere werknemers in het Brussels Gewest vanaf 1 oktober 2016
Beperkingen vanaf 1 oktober 2016
De doelgroepvermindering voor oudere werknemers wordt vanaf 1 oktober 2016 voor de werkgever gevestigd in het Brussel Hoofdstedelijk Gewest beperkt op drie punten.
- pas toekenning van de vermindering vanaf 55 jaar (in plaats van vanaf 54 jaar);
- slechts toekenning tot maximum 64 jaar op de laatste dag van het kwartaal (de federale vermindering loopt door na 65 jaar);
- enkel toekenning voor werknemers met een refertekwartaalloon tot 12.000 EUR/kwartaal (federale vermindering hanteert een maximum loongrens van 13.669,09 EUR/kw sinds 1 juli 2016).
Verminderingsforfaits oudere werknemers in het Brussels Gewest
Leeftijd op laatste dag aangiftekwartaal | Brussels Gewest Vermindering per kwartaal vanaf 1/10/2016 | Federale vermindering ouderen |
| 54 | - | 400 |
| 55 - 57 | 400 | 400 |
| 58 - 61 | 1000 | 1000 |
| 62 - 64 | 1500 | 1500 |
| 65 jaar en ouder | - | 800 |
De andere voorwaarden blijven ongewijzigd van toepassing:
- Enkel voor oudere werknemers van categorie 1 voor de structurele lastenvermindering die onderworpen zijn aan alle takken van de SZ, kan een doelgroepvermindering oudere werknemers toegepast worden. De social-profitsectoren (categorie 2 en 3 voor de structurele lastenvermindering) blijven uitgesloten.
- De (maximale) verminderingsbedragen per kwartaal blijven ongewijzigd. Voor deeltijders en voltijders met onvolledige kwartaalprestaties kan de vermindering geprorateerd worden.
- De algemene berekeningsregels voor doelgroepverminderingen en structurele vermindering blijven van toepassing o.a.. minimumprestatiegrens en cumulregels.
