Sinds 1 januari 2016 wordt de opzeggingsvergoeding van een werknemer met een opzeggingsvergoeding gedekt door een periode van minstens 30 weken sowieso ingekort met 4 weken. De werknemer komt in die omstandigheid immers in aanmerking voor het algemeen recht op outplacementbegeleiding.
Of de werknemer al dan niet gebruik maakt van zijn recht op outplacement, is niet relevant. De opzeggingsvergoeding wordt sowieso ingekort.
Hier komt binnenkort verandering in voor zij die medisch ongeschikt zijn om een outplacementbegeleiding te volgen. Men denkt hier bij wijze van voorbeeld aan werknemers die terminaal ziek zijn.
De betrokken werknemer moet zijn toestand aantonen aan de hand van een medisch attest van zijn behandelende arts. De werkgever kan op eigen initiatief een tweede arts aanstellen.
Merk op:
- Het is onduidelijk welke arts de werkgever kan aanstellen. De controlearts en de arbeidsgeneesheer hebben hier geen bevoegdheid gezien de werknemer uit dienst is.
- De vraag stelt zich ook wat de gevolgen zijn van tegenstrijdige medische attesten.
Dit alles gebeurt binnen de zeven dagen vanaf de dag waarop de werknemer kennis kreeg van zijn ontslag.
geen recht op outplacementbegeleiding niet inkorten met 4 weken
Inwerkingtreding
De wijziging treedt in werking 10 dagen na publicatie.
Opgelet!