Werken met een studentenovereenkomst heeft zo zijn voordelen. Zo zijn op 475 gepresteerde uren van een student slechts solidariteitsbijdragen verschuldigd. Bovendien geniet de student arbeidsrechtelijk meer bescherming.
Tot voor kort waren studenten die alternerend leren uitgesloten uit het studentenbegrip waardoor deze studenten ook tijdens de vakanties niet met een studentenovereenkomst konden werken.
Daar komt nu verandering in: vanaf 1 juli 2017 kunnen jongeren die alternerend leren onder bepaalde voorwaarden werken op basis van een studentenovereenkomst.
Juridische inhoud
1. Begrip student
Werken met een studentenovereenkomst heeft zo zijn voordelen. Zo zijn op de prestaties van een student slechts solidariteitsbijdragen verschuldigd. Bovendien geniet de student arbeidsrechtelijk meer bescherming. Maar kan je met alle studenten een studentenovereenkomst sluiten?
De Arbeidsovereenkomstenwet bevat geen definitie van het begrip student. In het algemeen moeten we het begrip student ruim interpreteren. Het gaat om elke student die regelmatig is ingeschreven in een onderwijsinstelling voor zover hij geen beperkt leerplan volgt.
Wel worden enkele jongeren uitgesloten uit het begrip student. Het gaat om studenten die:
alleen avondonderwijs of een andere vorm van onderwijs met beperkt leerplan volgen;
een niet-bezoldigde stage verrichten die deel uitmaakt van hun studieprogramma;
langer dan 12 maanden ononderbroken verbonden zijn door een arbeidsovereenkomst bij dezelfde werkgever.
Tot voor kort konden studenten die alternerend leren geen studentenovereenkomst sluiten
aangezien zij onderwijs volgen met een beperkt leerplan.
Vanaf 1 juli 2017 kunnen studenten die alternerend leren onder bepaalde voorwaarden een studentenovereenkomst sluiten. Ook zij kunnen dus voortaan genieten van de solidariteitsbijdragen voor hun arbeidsprestaties als student.
2. Op wie is de nieuwe regeling van toepassing?
Het begrip ‘alternerend leren’ is een koepelbegrip voor alle opleidingssystemen waarbij een leerling afwisselend vaardigheden aanleert op school (of in een schools milieu) en op de werkvloer. Dit betekent dat er steeds drie partijen bij de overeenkomst betrokken zijn: de leerling, de opleidingsinstelling en het bedrijf waar de leerling professionele competenties aanleert.
In de praktijk gaat het dikwijls over beroepsopleidingen, waarvan de opleiding voor een deel op de werkvloer plaatsvindt. Denk bijvoorbeeld aan de overeenkomst alternerende opleiding, het brugproject, de stageovereenkomst alternerende opleiding, enz. Het stelsel trekt dan ook voornamelijk jongeren aan.
Sinds 1 juli 2014 zijn de gemeenschappen volledig bevoegd voor de stelsels van het alternerend leren. Voor twee aspecten bleef de federale overheid bevoegd: de arbeidsbescherming en de sociale zekerheid. Het Belgische landschap van alternerend leren is door deze regionalisering erg divers geworden.
De nieuwe regelgeving is van toepassing op alle systemen van alternerend leren. Dit betekent op alle stelsels in de ruime zin, toepasselijk in alle landsgedeelten. De overeenkomst waarmee de jongeren verbonden zijn voor de uitvoering van hun werkplekcomponent speelt daarbij geen rol (bijvoorbeeld: overeenkomst alternerende opleiding, deeltijdse arbeidsovereenkomst, stageovereenkomst alternerende opleiding, brugproject, …).
Er wordt bovendien geen leeftijdsvoorwaarde gesteld. De regeling is van toepassing op zowel minderjarigen als meerderjarigen die een systeem van alternerend leren volgen.
Opgelet! Aan de andere uitsluitingen raakt men niet. Studenten die enkel avondonderwijs of een beperkt leerplan volgen buiten een systeem van alternerend leren zijn nog steeds uitgesloten uit het studentenbegrip.
3. Aan welke voorwaarden moeten de jongeren voldoen?
Studenten die alternerend leren kunnen een studentenovereenkomst sluiten:
Gedurende de dagen dat ze geen onderwijs of opleiding moeten volgen of niet aanwezig moeten zijn op de werkplek;
Uitsluitend voor prestaties bij een andere werkgever dan diegene waarbij zij hun praktische opleiding volgen op de werkplek;
Voor zover zij geen werkloosheidsuitkering of een inschakelingsuitkering ontvangen.