In de nacht van zaterdag 28 op zondag 29 oktober schakelen we over van zomertijd naar wintertijd.
Dit betekent dat om 3 uur de klok 1 uur terug wordt gedraaid.
Voor de meesten onder ons betekent de omschakeling naar het winteruur een uurtje langer onder de wol.
Werknemers die in ploegen tewerkgesteld worden, zullen tijdens deze nacht een uur meer moeten presteren.
Hoe moet u de prestaties tijdens deze nacht verlonen?
De werknemer die bij de omschakeling naar het zomeruur ook in de nachtploeg werkte, krijgt nu 8 uren betaald hoewel hij 9 uren effectief presteert. Dit omdat hij tijdens de omschakeling naar het zomeruur reeds 8 uren betaald werd, hoewel hij toen maar 7 uren gepresteerd heeft.
Op deze manier ontvangen deze werknemers in totaal het normale loon voor twee prestaties van 8 uren.
Indien het niet dezelfde werknemers zijn die tijdens de twee omschakelingen in de nachtploeg zullen werken, geldt volgende regeling:
- de werknemers die door de omschakeling naar het winteruur 9 uren werken, ontvangen een loon voor 9 uren prestaties;
- de werknemers die door de omschakeling naar het zomeruur slechts 7 uren werkten, ontvingen toch een loon voor 8 uren prestaties. Concreet betaalde de werkgever 1 uur meer dan er effectieve prestaties waren.
De wintertijd zal duren tot 25 maart 2018, dan schakelen we opnieuw over op de zomertijd.
We kunnen al beginnen aftellen…
Wat betekent dit voor de publieke sector?
Deze regeling is omschreven in een CAO en dus enkel bedoeld voor werkgevers die onder de CAO-wet vallen.
Bovendien geldt de regeling enkel voor:
- de werknemers in ploegenarbeid die niet forfaitair per maand worden betaald;
- en die bij de overschakeling naar het winteruur evenals naar het zomeruur betrokken zijn, alsmede voor hun werkgevers.