Het Vlaams taaldecreet regelt het gebruik van het Nederlands voor "de sociale betrekkingen tussen werkgever en werknemer alsook voor de wettelijk voorgeschreven akten en bescheiden" op het Vlaams grondgebied.
Facturen moeten in het Nederlands
De factuur is een dergelijk wettelijke voorgeschreven akte en de werkgever moet ze dus opmaken in het Nederlands.
Het Nederlands is wel enkel verplicht als de aflevering van de factuur verplicht is. Bovendien is het verplicht gebruik van het Nederlands beperkt tot de wettelijke vermeldingen zoals identiteit van de partijen, voorwerp, datum, prijs, …
Facultatieve vermeldingen zoals (algemene) verkoopsvoorwaarden worden niet geviseerd door de taalwetgeving en de werkgever mag ze dus in een andere taal opmaken.
Vertaling facturen wordt mogelijk
Vanaf 11 augustus 2017 is het mogelijk in Vlaanderen om voor facturen met een grensoverschrijdend karakter te voorzien in een bijkomende rechtsgeldige vertaling in een taal van de EU/EER.
Deze aanpassing van het Vlaams taaldecreet kwam er naar aanleiding van een arrest van het Hof van Justitie en werd reeds besproken in onze nieuwsbrief van 8 mei.
De mogelijkheid van een vertaling geldt enkel indien de natuurlijke persoon of de exploitatiezetel van de onderneming waaraan de factuur gericht is, gevestigd is in één van de lidstaten van de EU of de EER, met uitzondering van België.
Juridische inhoud
1. Feiten
New Valmar, een Belgische onderneming met exploitatiezetel in het Nederlandse taalgebied, vordert de betaling van een aantal openstaande facturen van een Italiaanse onderneming. Deze laatste weigert echter om het bedrag te betalen omdat de betrokken facturen opgesteld zijn in het Italiaans.
De Italiaanse onderneming roept de nietigheid in van de facturen op basis van het Vlaams Taaldecreet. Volgens de geldende taalwetgeving moeten de verplichte onderdelen van facturen immers in het Nederlands worden opgesteld. Volgens New Valmar is dit echter een inbreuk op de Europese regelgeving.
De rechtbank van koophandel te Gent beslist om de behandeling van de zaak te schorsen om een prejudiciële vraag te stellen aan het Europees Hof van Justitie.
2. Uitspraak Europees Hof van Justitie
Het Hof stelt in haar arrest van 21 juni 2016 vast dat het Nederlands taaldecreet een hinder vormt op het vrij verkeer binnen Europa. Volgens het Hof is deze hinder echter gerechtvaardigd door rechtmatige doelstellingen. De maatregel op zich is volgens het Hof dus wel geschikt. Om te voldoen aan de vereisten van het EU-recht moet de regeling ook evenredig zijn aan die doelstellingen.
Volgens het Hof is het geschikter om facturen betreffende grensoverschrijdende transacties in de officiële taal op te stellen. Daarnaast kan wel voorzien worden in een authentieke versie in een taal die wordt begrepen door alle partijen.
Het Hof oordeelt dat het Vlaams taaldecreet de evenredigheidstoets niet doorstaat omdat het verder gaat dan noodzakelijk is om de nagestreefde doelstellingen te bereiken.
Met betrekking tot het taalgebruik voor facturen met grensoverschrijdend karakter is het Vlaams taaldecreet dus te strikt in het licht van het vrij verkeer van goederen.
3. Bijsturing Vlaams taaldereet
Als gevolg van dit arrest en om conform het Europees recht te zijn, was een aanpassing van het Vlaams taaldecreet vereist.
Zo is er een bepaling opgenomen in het decreet waarin staat dat er voor facturen een vertaling wordt toegestaan in een officiële taal van de EU/EER. Dit geldt wel enkel wanneer het adres van de geadresseerde van de factuur buiten België is gevestigd, maar wel binnen de Europese Economische Ruimte.
De mogelijkheid tot vertaling bestond reeds voor de facultatieve vermeldingen van een factuur (zoals de algemene verkoopsvoorwaarden) en wordt vanaf 11 augustus ook toegestaan voor de wettelijke vermeldingen (zoals identiteit van partijen, voorwerp, datum, prijs enz).
De Nederlandstalige versie van de factuur krijgt voorrang indien er conflicten ontstaan over verschillende taalversies van een factuur.
Gevolgen voor de werkgever
Naar aanleiding van een recent arrest van het Hof van Justitie wordt het Vlaams taaldecreet opnieuw aangepast.
Vanaf 11 augustus 2017 is het mogelijk om voor facturen met een grensoverschrijdend karakter in het Nederlands taalgebied te voorzien in een bijkomende rechtsgeldige vertaling in een taal van de EU/EER.
Dit geldt enkel indien de natuurlijke persoon of de exploitatiezetel van de onderneming waaraan de factuur gericht is, gevestigd is in één van de lidstaten van de EU of de EER, met uitzondering van België.
Ter herinnering: sinds 2 mei 2014 is het reeds mogelijk om voor individuele arbeidsovereenkomsten met een grensoverschrijdend karakter bijkomend te voorzien in een rechtsgeldige versie in een officiële taal van de EU/EER. Deze aanpassing van het Vlaams taaldecreet kwam er eveneens na een uitspraak van het Hof van Justitie.