Feedback
ella
Hof van Justitie oordeelt opnieuw over wachtdiensten en arbeidstijd
Rechtspraak 09/03/2021
Gepubliceerd op 12/05/2021

In twee recente arresten van 9 maart 2021 deed het Europese Hof van Justitie opnieuw uitspraak over wachtdiensten. Het Hof besliste dat een wachtdienst die de werknemer objectief aanzienlijk beperkt om zijn tijd vrij in te vullen en aan eigen interesses te besteden, arbeidstijd zal zijn.

Ook in eerdere arresten wees het Hof al op het belang van de vrijheid waarover de werknemer beschikt om zijn tijd aan persoonlijke en sociale interesses te besteden. Een werknemer hierin te veel beperken leidde al tot de conclusie dat de wachtdienst dan in het geheel arbeidstijd is. Een wachtdienst die een werknemer verplicht op zijn werkplek moest uitvoeren, is daarom altijd in zijn geheel arbeidstijd. Ook een wachtdienst die een werknemer thuis uitvoerde, beschouwde het Hof van Justitie al volledig als arbeidstijd wegens de beperkte vrijheid die de werknemer had.

In de twee recente arresten Hof zegt het Hof nu voor het eerst dat een wachtdienst die niet op de werkplek of thuis (ook wel “bereikbaarheidsdienst” genoemd) wordt uitgevoerd ook arbeidstijd kan zijn als de werknemer te zeer beperkt is in zijn vrijheid.

Relevant: reactietijd en aantal oproepen

Het Hof geeft aan dat men, bij de beoordeling of er sprake is van arbeidstijd, vooral rekening moet houden met:

  • de reactietijd (kort of lang) waarover de werknemer tijdens de wachtdienst beschikt om zijn beroepsactiviteit te hervatten als hij wordt opgeroepen, in voorkomend geval in combinatie met
  • het gemiddeld aantal interventies (veel of weinig) dat de werknemer tijdens de wachtdienst daadwerkelijk moet uitvoeren.

Niet relevant: organisatorische problemen

Volgende zaken zijn volgens het Hof geen criterium om de wachtdienst als arbeidstijd te beschouwen:

  • de grote afstand tussen de (vrij gekozen) woonplaats van de werknemer en de plaats die de werknemer binnen een bepaalde tijd moet bereiken;
  • het feit dat in de onmiddellijke omgeving van de plek waar de werknemer de wachtdienst doorbrengt weinig recreatiemogelijkheden zijn;
  • het feit dat de werkgever een dienstwoning op de werkplek ter beschikking stelt aan de werknemer, waar deze laatste verblijft (hoewel dat niet verplicht is) omdat de afstand tussen zijn woonplaats en de werkplek die hij moet bereiken na een oproep te groot is. 

Impact wachtdienst = arbeidstijd

Arbeidstijd is de periode waarin een werknemer ter beschikking staat van zijn werkgever. Het is belangrijk om te weten of een wachtdienst al dan niet arbeidstijd vormt. Wanneer de tijd dat de werknemer bereikbaar is voor zijn werkgever, maar geen effectieve prestaties levert, ook meetelt als arbeidstijd, zullen de maximale arbeidsduurgrenzen sneller bereikt worden. Een overschrijding van deze maximale grenzen, genereert overuren waarvoor overloon en/of inhaalrust verschuldigd is.

De vraag hoe deze wachtdienst verloond moet worden, beantwoordt het Hof niet. Dit behoort tot de bevoegdheid van de lidstaten zelf. Partijen kunnen, binnen de grenzen van wat wettelijk toegelaten is, overeenkomen dat een lagere vergoeding verschuldigd is voor wachtdiensten, wanneer geen effectieve prestaties worden geleverd.

Wat betekent dit voor de werkgever?

Deze uitspraak betekent niet dat alle wachtdiensten buiten de arbeidsplek arbeidstijd zijn. Bij het organiseren van een wachtdienst moet een werkgever het volgende in het achterhoofd houden, zelfs als de werknemer niet op een bepaalde plek moet verblijven.

Hoe meer je de bewegingsvrijheid van je werknemer tijdens een bereikbaarheidsdienst beperkt, hoe groter de kans dat de wachtdienst als arbeidstijd beschouwd zal worden indien hierover een geschil ontstaat. In dat geval zal je de wachtdiensturen moeten meetellen om na te gaan of de maximale arbeidsduurgrenzen worden gerespecteerd.

Kan de werknemer zijn vrije tijd kwaliteitsvol invullen tijdens zo'n bereikbaarheidsdienst, dan tellen enkel de effectieve prestaties als arbeidstijd. 

Let op: Voorgaande is alleen van belang voor werknemers die onder de arbeidsduurreglementering vallen. Werknemers die een leidinggevende functie uitoefenen of een vertrouwenspost bekleden vallen hier bijvoorbeeld buiten.

Bron:
HvJ 9 maart 2021, nr. C-344/19, D.J. tegen Radiotelevizija Slovenija
HvJ 9 maart 2021, nr. C-580/19, R.J. tegen Stadt Offenbach am Main

Juridische inhoud

1. Wachtdiensten en het Hof van Justitie

Het Hof van Justitie sprak zich de voorbije jaren verschillende keren uit over wachtdiensten en arbeidstijd.

1.1. Wachtdiensten op de arbeidsplaats = arbeidstijd

Het standpunt van het Hof van Justitie over wachtdiensten op de arbeidsplaats is duidelijk. Deze zijn arbeidstijd, ongeacht of de werknemer nu arbeidsprestaties verricht of niet (bv. de slapende waak: zie arrest Simap van 3 oktober 2000, arrest Jaeger van 9 september 2003 en arrest Dellas van 1 december 2005).

De beslissende factor is het feit dat de werknemer fysiek aanwezig moet zijn op een plaats die de werkgever bepaalt. De werknemer moet zich daar ter beschikking houden van de werkgever om zo nodig onmiddellijk te kunnen beginnen werken. Hierdoor is de werknemer gescheiden van zijn gezin of sociale omgeving en heeft hij weinig vrijheid om zijn tijd te besteden tijdens periodes van wacht waarin hij geen arbeidsprestaties levert.

Conclusie: wachtdiensten op de arbeidsplaats zijn steeds arbeidstijd.

1.2. Wachtdienst niet verplicht op arbeidsplaats is geen arbeidstijd

Wat betreft wachtdiensten waarbij de werknemer niet op de arbeidsplaats moet verblijven (ook “bereikbaarheidsdienst” genoemd), oordeelde het Hof van Justitie dat er pas sprake is van arbeidstijd van zodra de werknemer effectief prestaties verricht.

Tijdens een bereikbaarheidsdienst kan de werknemer, als hij niet wordt opgeroepen om arbeidsprestaties te leveren, zijn tijd namelijk vrijer besteden en zich met eigen zaken bezighouden (zie arrest Simap van 3 oktober 2000 en arrest Jaeger van 9 september 2003).

Conclusie: een bereikbaarheidsdienst is geen arbeidstijd. De arbeidstijd loopt pas wanneer de werknemer tijdens zo'n wachtdienst een oproep moet beantwoorden.

1.3. Wachtdienst niet verplicht op arbeidsplaats + verplicht thuis = arbeidstijd

De rechtspraak evolueerde met het arrest Matzak van 21 februari 2018. Toen besliste het Europees Hof dat een bereikbaarheidsdienst arbeidstijd is als deze de mogelijkheid van de werknemer om zijn tijd aan zijn persoonlijke en sociale interesses te wijden, objectief beperkt.

In het geval Matzak was dat het geval omdat deze de wachtdienst thuis moest uitvoeren en zich binnen de acht minuten na een oproep op zijn werkplek moest aanbieden. Het was de eerste keer dat het Hof van Justitie zei dat een bereikbaarheidsdienst die thuis werd doorgebracht in bepaalde omstandigheden arbeidstijd kan zijn. Zie voor een bespreking van dit arrest onze nieuwsbrief van 5 maart 2018.

Conclusie: een bereikbaarheidsdienst die een werknemer thuis moest uitvoeren waarbij de werknemer binnen acht minuten na een oproep zijn werkplek moet bereiken, is in zijn geheel arbeidstijd.

1.4.  Wachtdienst niet verplicht op arbeidsplaats + niet verplicht thuis = arbeidstijd

Met de twee uitspraken van 9 maart 2021 evolueert de rechtspraak van het Hof van Justitie verder.

Ditmaal besliste het Hof dat een bereikbaarheidsdienst waarbij een werknemer niet thuis moet blijven ook arbeidstijd kan zijn. Er zal sprake zijn van arbeidstijd, ook in de periodes waarin geen arbeidsprestaties worden geleverd, van zodra de werknemer objectief aanzienlijk beperkt wordt om zijn tijd vrij in te vullen en aan eigen interesses te besteden.

1.4.1. Arrest C-580/19 – R.J. tegen Stadt Offenbach am Main

Feiten

R.J. is een brandweerman bij het korps van Offenbach am Main (Duitsland). Hij voerde, naast zijn gewone dienst, geregeld bereikbaarheidsdiensten uit. Tijdens deze dienst moest R.J. zijn verblijfplaats zo uitkiezen dat hij bij een alarmmelding binnen twintig minuten, in werkkleding en met zijn dienstvoertuig, de stadsgrens van Offenbach am Main kon bereiken. Omdat hij een dienstvoertuig had, kon hij gebruik maken van voorrangs- en doorgangsrechten in het verkeer. Maar R.J. moest niet verplicht thuis of op een of andere plek blijven tijdens de wachtdienst.

Beslissing Hof

Het Hof geeft mee dat de wachtdienst van R.J. enkel integraal arbeidstijd is indien uit de totaalbeoordeling van alle omstandigheden blijkt dat de wachtdienst R.J. objectief en aanzienlijk beperkt in zijn mogelijkheden om zijn tijd vrij in te vullen en aan eigen interesses te besteden. Omgekeerd, als de werknemer tijdens de wachtdienst minder intense verplichtingen heeft en zijn tijd vrij kan besteden aan eigen interesses, dan zal de wachtdienst geen arbeidstijd zijn.

Hierbij moet men in het bijzonder rekening houden met:

  • de reactietijd (kort of lang) waarover de werknemer tijdens de wachtdienst beschikt om zijn beroepsactiviteit te hervatten als hij wordt opgeroepen, in voorkomend geval in combinatie met;
  • het gemiddeld aantal interventies (veel of weinig) dat de werknemer tijdens de wachtdienst daadwerkelijk moet uitvoeren.

Om de impact van de reactietijd te beoordelen, moet men ook rekening houden met bijkomende verplichtingen die de werknemer heeft. Het feit dat R.J. zich moest aanbieden in werkkleding vormde een bijkomende verplichting waarmee de rechter rekening moet houden.

Maar evenzeer moet de rechter faciliteiten waarover de werknemer beschikt, meenemen in de beoordeling. Zo had R.J. een dienstvoertuig dat hem voorrang gaf in het verkeer. Dit heeft impact op de beoordeling van de reactietijd waarover hij beschikte. Ook het gegeven dat men oproepen kan beantwoorden zonder dat men de plaats waar men zich bevindt moet verlaten, kan belangrijk zijn (bv. telefonisch).

1.4.2. Arrest C-344/19 – D.J. tegen Radiotelevizija Slovenija

Feiten

D.J. werkt in een zendstation van de Sloveense radio/televisie dat afgelegen in de bergen ligt en moeilijk bereikbaar is. Bovendien ligt het zo ver van zijn woonplaats dat zelfs een dagelijkse woon-werkverplaatsing onmogelijk is. Daarom richtte de werkgever van D.J. op het zendstation een verblijfplaats in waar D.J. permanent verblijft.  

Hij voert na zijn gewone taken (van 12.00u tot 0.00u) geregeld bereikbaarheidsdiensten uit tussen 00.00u en 06.00u. Hij mag dan het zendstation verlaten maar moet zo nodig binnen het uur na een oproep op het zendstation aankomen. In de omgeving van het zendstation zijn weinig mogelijkheden tot vrijetijdsbesteding.

Beslissing Hof

Het Hof vermeldt exact dezelfde motieven als in het arrest C-580/19 – R.J. tegen Stadt Offenbach am Main om te beslissen of een bereikbaarheidsdienst al dan niet arbeidsdienst is (zie hierboven).

Het Hof stelt bovendien in deze zaak dat deze beslissing niet mag afhangen van organisatorische problemen die het gevolg zijn van natuurlijke omstandigheden of de vrije keuze van de werknemer.

Volgende zaken zijn daarom volgens het Hof geen criterium om de wachtdienst als arbeidstijd te beschouwen:

  • de grote afstand tussen de (vrij gekozen) woonplaats van de werknemer en de plaats die de werknemer binnen een bepaalde tijd moet bereiken;
  • het feit dat in de onmiddellijke omgeving van de plek waar de werknemer de wachtdienst doorbrengt weinig recreatiemogelijkheden zijn;
  • het feit dat de werkgever een dienstwoning op de werkplek ter beschikking stelt aan de werknemer, waar deze laatste verblijft (hoewel dat niet verplicht is) omdat de afstand tussen zijn woonplaats en de werkplek die hij moet bereiken na een oproep te groot is. 

1.4.3. Conclusie

Bereikbaarheidsdiensten waarbij de werknemer niet thuis moet blijven, kunnen arbeidstijd zijn. Dit is het geval wanneer de werknemer objectief aanzienlijk beperkt wordt om zijn tijd vrij in te vullen en aan eigen interesses te besteden.

1.5.  Samenvattend

Een wachtdienst die de werknemer verplicht doorbrengt op de werkplek is steeds arbeidstijd.

Een bereikbaarheidsdienst kan ook arbeidstijd zijn. Bij de beoordeling daarvan , hecht het Hof van Justitie veel waarde aan de mate van vrijheid waarover de werknemer beschikt om tijdens de wachtdienst zijn tijd aan eigen interesses te besteden.

De mate van vrijheid waarover een werknemer beschikt, moet in het bijzonder worden getoetst aan de (beperkte) tijd waarover de werknemer beschikt om een oproep te beantwoorden. En in voorkomend geval in combinatie met het gemiddeld aantal oproepen tijdens de dienst.

Men moet geen rekening houden met organisatorische problemen of beperkingen die voortvloeien uit natuurlijke omstandigheden of een vrije keuze van de werknemer.

2.  Invulling door de Belgische rechtspraak - invloed voor Belgische werkgever

 

2.1. Wachtdienst op de arbeidsplaats

De Belgische rechtbanken en hoven beslissen, in navolging van de rechtspraak van het Hof van Justitie, nagenoeg steeds dat wachtdiensten op de arbeidsplaats arbeidstijd zijn.

2.2. Bereikbaarheidsdienst (al dan niet huis)

Lagere rechtspraak

De Belgische rechtspraak is verdeeld over de kwestie of bereikbaarheidsdiensten (al dan niet thuis) arbeidstijd zijn.

Verschillende rechters waren van mening, in navolging van de toen geldende Europese rechtspraak, dat een bereikbaarheidsdienst pas arbeidstijd is als de werknemer effectief arbeidsprestaties verricht. Dus pas als deze ’werkt’ en niet als deze ’wacht’. Tijdens het wachten staat men niet ter beschikking van de werkgever.  

Maar er is ook rechtspraak die anders besliste en steeds de afweging maakte of de werknemer ter beschikking stond van zijn werkgever. Hierbij toetsten zij vaak de mate van vrijheid af waarover de werknemer beschikte tijdens de bereikbaarheidsdienst. En niet zelden keek de rechter naar de reactietijd waarover de werknemer beschikte en het aantal oproepen dat hij ontving.

In de huidige stand van de Europese rechtspraak lijkt die laatste strekking de juiste te zijn.

Hof van Cassatie

Het Hof van Cassatie besliste in 2014 nog dat thuiswachtdiensten geen arbeidstijd zijn. Zelfs als de bewegingsvrijheid van de werknemer beperkt is omdat hij binnen een bepaalde straal van de arbeidsplaats moet verblijven om die binnen een bepaalde tijd te bereiken. In de stand van de toen geldende Europese rechtspraak was dat een te verdedigen stelling.

Maar ondertussen is de Europese rechtspraak geëvolueerd en lijkt die rechtspraak van het Hof van Cassatie niet meer stand te kunnen houden.

2.3.  Conclusie voor Belgische werkgevers

Zorg er voor dat u de werknemer die een bereikbaarheidsdienst vervult, niet te veel beperkt in zijn bewegingsvrijheid. Verplicht de werknemer (indien mogelijk) niet zich binnen een te korte tijdsspanne terug naar het werk te begeven. Verplicht de werknemer (indien mogelijk) niet om thuis te blijven tijdens de wachtdienst. Of een werknemer al dan niet ter beschikking staat van de werkgever zal steeds afhangen van de feitelijke omstandigheden.

3.  En de vergoeding?

De Europese regelgeving voorziet in minimale rusttijden en een maximale wekelijkse arbeidstijd, maar spreekt zich niet uit over de bezoldiging van de arbeidstijd.

Het Hof van Justitie oordeelde meermaals dat een wachtdienst met beperkte bewegingsvrijheid arbeidstijd is, maar deed nooit uitspraak over de bezoldiging daarvan. Men kan aan de Europese rechtspraak dus geen gevolgen vastknopen over de bezoldiging van deze bereikbaarheidsdiensten.

Ook de Belgische arbeidsduurreglementering bevat geen enkele verplichting tot verloning of vergoeding van arbeidsduur, behalve wat het recht op overloon betreft. De Arbeidswet regelt het verrichten van arbeid en niet het recht op loon.

Er bestaat namelijk een belangrijk onderscheid tussen de ‘arbeid’ die bepalend is voor het recht op loon en de ‘arbeid’ die bepalend is voor de berekening van de arbeidsduur in de zin van artikel 19 van de Arbeidswet.

Cassatierechtspraak omschrijft het begrip ‘loon’ als de tegenprestatie voor de arbeid die ter uitvoering van een arbeidsovereenkomst wordt verricht. Behoudens afwijkende, wettelijke of contractuele regeling, kan de werknemer geen aanspraak maken op loon voor de periode waarin hij geen effectieve arbeid verricht.

Het is dus niet zo dat wanneer een periode als arbeidstijd beschouwd wordt, er automatisch loon verschuldigd is. Partijen kunnen, binnen de grenzen van wat wettelijk toegelaten is, overeenkomen dat een lagere vergoeding verschuldigd is voor wachtdiensten, wanneer de werknemer geen effectieve prestaties levert.

Oeps,

Onze excuses, er is iets fout gelopen.

Probeert u het later eens opnieuw.

Was deze informatie nuttig voor u?

Ja Nee

Welke van de volgende beschrijft jouw feedback het best?






Jouw feedback

De versie van de browser die U gebruikt is niet optimaal voor deze website. De meeste functies zullen niet goed werken. De versie die u gebruikt wordt ook niet meer ondersteund door Microsoft en hierdoor loopt u security risico’s. Om de veiligheid en privacy van uw data te kunnen blijven garanderen, raden wij aan om zo snel mogelijk naar Internet Explorer 11 te upgraden of de laatste versie van een andere browser te gebruiken.