1. CO2-solidariteitsbijdrage

 

Wanneer een werkgever een wagen ter beschikking stelt die de werknemer ook voor privéverplaatsingen mag gebruiken, ontstaat er een voordeel in natura.

Dit voordeel is uitdrukkelijk uitgesloten uit het RSZ-loonbegrip en bijgevolg niet onderworpen aan de gewone socialezekerheidsbijdragen.

 

De werkgever is hierop wel een solidariteitsbijdrage verschuldigd.

Deze maandelijkse bijdrage:

• is afhankelijk van het CO2-uitstootgehalte en het brandstoftype van de wagen in kwestie; en

• wordt forfaitair vastgesteld volgens onderstaande formules.

 

Het bedrag van de CO2-solidariteitsbijdrage is gekoppeld aan het gezondheidsindexcijfer van de maand september en wordt op 1 januari van elk jaar aangepast.

 

Voor het jaar 2019 bedroeg de indexatiecoëfficiënt 1,2950. Wij rekenden de nieuwe coëfficiënt voor u voor.

Vanaf 1 januari 2020 zal deze 1,3078 bedragen.

 

Brandstof		Formule
OPMERKING : De minimumbijdrage per maand is 27,24 EUR.
Benzine	CO2 gekend	[((CO2-emissie x 9 EUR) - 768)/12] x 1,3078
	CO2 niet gekend	[((182 x 9 EUR) - 768)/12] x 1,3078 = 94,81 EUR
Diesel	CO2 gekend	[((CO2-emissie x 9 EUR) - 600)/12] x 1,3078
	CO2 niet gekend	[((165 x 9 EUR) - 600)/12] x 1,3078 = 96,44 EUR
LPG (*)		[((CO2-emissie x 9 EUR) - 990)/12] x 1,3078
Elektrisch (**)		27,24 EUR per maand
(*) een LPG voertuig is een omgebouwde wagen die oorspronkelijk op benzine reed. Men gebruikt in de formule de CO2 van het benzinevoertuig. (**) in afwachting van een eventuele wettelijke aanpassing aanvaardt de RSZ deze minimumbijdrage ook voor wagens die uitsluitend op waterstof rijden.

 

Het gelijkvormigheidsattest van wagens die vanaf 1 september 2018 in omloop komen, bevat 2 waarden voor de CO2-uitstoot: de waarde volgens meetmethode NEDC 2.0 (code 49.1) en volgens WLTP (code 49.4).

 

Tot het einde van 2020 mag men voor de berekening van de CO2-solidariteitsbijdrage rekening houden met de CO2-uitstoot volgens NEDC 2.0.

 

2. Mobiliteitsvergoeding

 

De mobiliteitsvergoeding (of cash for car) bestaat sinds 2018. Wie (recht op) een bedrijfswagen heeft, kan deze inleveren in ruil voor een mobiliteitsvergoeding.

 

Op de mobiliteitsvergoeding zijn geen gewone socialezekerheidsbijdragen verschuldigd. De werkgever moet wel een solidariteitsbijdrage betalen.
Deze bijdrage is gelijk aan de CO2-solidariteitsbijdrage die de werkgever verschuldigd was voor de ingeruilde bedrijfswagen (of verschuldigd zou zijn voor de wagen waarop de werknemer recht had) en wordt op dezelfde manier berekend.

Om de bijdrage voor 2020 te bepalen, moeten we bijgevolg ook hogervermelde formule toepassen.  

Wat betekent dit voor de publieke sector?

Dit is van toepassing voor werkgevers uit de publieke en private sector.