Feedback
ella
Binnenkort gelegenheidsarbeid in begrafenissector met verplichte Dimona per prestatie
Uit de wandelgangen van de overheid 13/07/2018
Gepubliceerd op 02/08/2018

Nieuw statuut

De federale regering voert een nieuw statuut in: gelegenheidswerknemers in de uitvaartsector (PC 320.00).

Het statuut komt er in overleg met en op vraag van de uitvaartsector zelf.  Vooral

bij de occasionele werknemers met zeer beperkte en zeer onregelmatige prestaties

kampt de sector met zwartwerk en vormen van sociale fraude.

 

Doel

Eenvoudige en duidelijke regels voor de occasionele begrafeniswerknemers - de zogenaamde 'dragers' - moeten de administratieve formaliteiten voor de werkgevers en de controles voor de inspectiediensten vereenvoudigen. Hierdoor zal ook de rechtszekerheid en transparantie in de sector verhogen.

 

Voorwaarden

De wet stelt strikte voorwaarden welke werknemers in aanmerking komen voor het nieuwe statuut 'gelegenheidswerknemer in de uitvaartsector'. 

 

De gelegenheidswerknemer moet:

  • in de sector van de begrafenisondernemingen ter gelegenheid van een overlijden, occasioneel in dienst genomen worden;

  • verbonden zijn met een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur of voor een duidelijk omschreven werk;

  • en uitsluitend:

    • taken als bode verrichten, transporten verzorgen, opbaringen verzorgen, een rouwkapel plaatsen, het onthaal in het rouwcentrum verzorgen, en/ of bij de koffietafel helpen;

    • de kist met het stoffelijk overschot of de urne met de as van de overledene dragen en in de (ceremonie)wagen plaatsen, de nabestaanden begeleiden en/of de (ceremonie)wagen besturen en net houden. 

Voor deze werknemers geldt ook een verplichte tijdregistratie in Dimona.

 

Dagelijkse dimona per prestatie

De werkgever is gehouden tot een Dimona-aangifte per prestatie voor zijn gelegenheidswerknemer in de uitvaartsector.  De werkgever moet telkens het tijdstip van begin en einde van de prestatie opgeven.

 

Geen andere beperkingen

De wet legt geen andere beperkingen op voor gelegenheidsarbeid in de uitvaartsector.

Er gelden ook geen bijzondere toepassingsregels inzake sociale zekerheid in het nieuw statuut. Dus de gewone bijdragen en inhoudingen zijn verschuldigd.

 

Dit betekent concreet:

  • de werkgever in PC 320.00 mag gans het jaar door gelegenheidsarbeid gebruiken;

  • de werknemer mag gans het jaar door gelegenheidsarbeid verrichten bij één of meerdere werkgevers in PC 320.00;

  • de gelegenheidswerknemers hebben recht op een bezoldiging zoals de andere werknemers in de uitvaartsector. De gewone loonbarema's zijn op hen van toepassing; 

  • voor gelegenheidswerknemers in de uitvaartsector zijn volledige sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd. Deze werknemers bouwen dan ook volwaardige sociale zekerheidsrechten op. 

 

In werkingtreding

De datum van aanvang van de nieuwe regeling is voorzien op de eerste dag van het kwartaal na bekendmaking van de wet in het Belgisch Staatsblad.

Dit betekent 1 oktober 2018 bij publicatie van de wet in de loop van september.  Het is vrij onwaarschijnlijk dat dit nog kan.

Bij publicatie in de loop van het 4e kwartaal 2018 start het nieuw statuut pas op 1 januari 2019.


Opgelet!

Deze bespreking is gebaseerd op ontwerpteksten. Amendementen zijn dus nog steeds mogelijk waardoor de regeling zoals hier beschreven nog kan wijzigen. Deze bespreking geldt tevens onder voorbehoud van publicatie in het Belgisch Staatsblad.
Bron:
Voorontwerp van wet houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken goedgekeurd in de Ministerraad van 13 juli 2018.

Juridische inhoud

1. Doel nieuw statuut

De Regering voert een nieuw statuut van gelegenheidsarbeid in specifiek voor de uitvaartsector.

 

Het statuut komt er in overleg met en op vraag van de uitvaartsector zelf.

 

De uitvaartsector kampt met sociale fraude vooral bij die occasionele begrafenismedewerkers en wordt geconfronteerd met situaties van oneerlijke concurrentie (schijnzelfstandigen, illegale terbeschikkingstelling) die de sector destabiliseren.

 

Typisch in deze sector zijn tewerkstellingen van 1 à 2 uur/dag voor hooguit een paar keer per week.  Voor de werkgever weegt de last van de administratieve formaliteiten niet op tegen de zeer beperkte omvang van deze tewerkstellingen.

 

De overheid legt nu eenvoudige en duidelijke regels op afgestemd op de praktijk van de sector. 

 

Het doel is:

  • de administratieve formaliteiten voor de werkgever en controles voor de inspectiediensten te verlichten/vereenvoudigen;

  • de rechtszekerheid en transparantie te verhogen.

 

Dit gebeurt naar analogie met andere sectoren zoals bouw, transport, schoonmaak, land- en tuinbouw. 

2. Voorwaarden nieuw statuut

Het toepassingsgebied van de RSZ-wet van 27 juni 1969 voor werknemers wordt uitgebreid tot 'gelegenheidswerknemers bij werkgevers uit de begrafenissector'.

 

De wet stelt strikte voorwaarden aan die categorie van werknemers.

 

De gelegenheidswerknemer moet:

  • in de sector van de begrafenisondernemingen ter gelegenheid van een overlijden, occasioneel in dienst genomen worden;

  • verbonden zijn met een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur of voor een duidelijk omschreven werk;

  • en uitsluitend:

    • taken als bode verrichten, transporten verzorgen, opbaringen verzorgen, een rouwkapel plaatsen, het onthaal in het rouwcentrum verzorgen, en/ of bij de koffietafel helpen

    • de kist met het stoffelijk overschot of de urne met de as van de overledene dragen en in de (ceremonie)wagen plaatsen, de nabestaanden begeleiden en/of de (ceremonie)wagen besturen en net houden.

 

Voor deze werknemers geldt een verplichte tijdregistratie in dimona met opgave van het tijdstip van het begin en einde van de prestaties.  

 

Het gaat dus enkel om de occasioneel opgeroepen werknemers die naar aanleiding van een overlijden zeer beperkte en zeer onregelmatige prestaties doen zonder vast uurrooster.  Deze tewerkstellingen van enkele uren kunnen immers vooraf niet ingepland worden. 

3. Dagelijkse Dimona per prestatie

De werkgever in de uitvaartsector moet voor elke gelegenheidswerknemer een Dimona-aangifte doen per prestatie en per dag. De dimona-wetgeving (KB van 5 november 2002) wordt aangevuld

 

De werkgever moet het tijdstip van begin en einde van de prestaties opgegeven, naast de algemeen verplichte dimona-gegevens (identiteit werkgever en werknemer, PC, type werknemer).  Deze gegevens moeten meegedeeld worden uiterlijk op het tijdstip waarop de werknemer zijn prestaties aanvat.

Deze verplichting bestaat ook voor gelegenheidsarbeiders in de land- en tuinbouw.

 

Let op!

Voor een gelegenheidswerknemer die de werkgever oproept voor een prestatie van 10 tot 13 uur en een tweede prestatie van 15 tot 17 uur op éénzelfde dag, zal tweemaal een registratie via Dimona moeten gebeuren.

4. Geen andere beperkingen

De wet legt geen andere beperkingen op voor gelegenheidsarbeid in de uitvaartsector.

Denk aan: een maximum aantal dagen per jaar, beperking tot een bepaalde periode van het jaar en andere voorwaarden in de land- en tuinbouw.

 

Op het vlak van sociale zekerheid voorziet de wet geen bijzondere toepassingsregels voor gelegenheidswerknemers in de uitvaartsector.

Denk aan:  een beperkte onderwerping en forfaitaire berekeningsbasis zoals van toepassing voor gelegenheidsarbeiders in land- en tuinbouw. 

 

Dit betekent concreet:

  • de werkgever in PC 320.00 mag gans het jaar door gelegenheidsarbeid gebruiken;

  • de werknemer mag gans het jaar door gelegenheidsarbeid verrichten bij één of meerdere werkgevers in PC 320.00;

  • de gelegenheidswerknemers hebben recht op een bezoldiging zoals de andere werknemers in de uitvaartsector. De gewone loonbarema's zijn op hen van toepassing; 

  • voor gelegenheidswerknemers in de uitvaartsector zijn volledige sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd. Deze werknemers bouwen dan ook volwaardige sociale zekerheidsrechten op. 

 Verlichting administratieve verplichtingen

Het nieuwe statuut 'kan' een administratieve verlichting betekenen voor de werkgever.

 

Werkgevers in deze sector hanteren verschillende werkwijzen:

 

  • De werkgever die tot nu toe voor zijn occasionele dragers werkt met beperkte (eventueel variabele) deeltijdse contracten en de verplichtingen inzake deeltijdse arbeid moet respecteren of werkt met aparte korte overeenkomsten van bepaalde duur met telkens Dimona in en uit, kan via het nieuw statuut (met Dimona per prestatie) ontsnappen aan administratieve verplichtingen zoals bv. opmaak van schriftelijke overeenkomsten, tijdige kennisgeving werkrooster bij variabel deeltijdsen.

Hier kunnen we dus spreken van administratieve verlichting en vereenvoudiging.

 

  • De werkgever in de uitvaartsector die tot nu toe voor zijn occasionele dragers werkt met een kaderovereenkomst van onbepaalde duur (met één Dimona aangifte bij aanvang van de overeenkomst) en telkens de werknemer oproept voor korte onregelmatige prestaties, wordt nu verplicht tot een Dimona per prestatie. Voor deze werkgevers betekent het nieuwe statuut in feite een bijkomende Dimona verplichting per prestatie. 

Het nieuwe statuut biedt de werkgever in dit geval wel een duidelijk wettelijk kader.

Oeps,

Onze excuses, er is iets fout gelopen.

Probeert u het later eens opnieuw.

Was deze informatie nuttig voor u?

Ja Nee

Welke van de volgende beschrijft jouw feedback het best?






Jouw feedback

De versie van de browser die U gebruikt is niet optimaal voor deze website. De meeste functies zullen niet goed werken. De versie die u gebruikt wordt ook niet meer ondersteund door Microsoft en hierdoor loopt u security risico’s. Om de veiligheid en privacy van uw data te kunnen blijven garanderen, raden wij aan om zo snel mogelijk naar Internet Explorer 11 te upgraden of de laatste versie van een andere browser te gebruiken.