Algemeen principe van betaling van bedrijfsvoorheffing
Een werkgever moet bedrijfsvoorheffing (BV) inhouden op de lonen die hij aan zijn werknemers betaalt.
Hij moet deze bedrijfsvoorheffing aangeven en betalen binnen vijftien dagen na het verstrijken van de maand waarin hij de lonen heeft betaald of toegekend. De intresten beginnen te lopen vanaf de 16de dag.
Voorschotten
Maar er zijn afwijkingen op de normale termijn, waardoor de werkgever sneller de bedrijfsvoorheffing moet afdragen:
- Kwartaalaangifte
Wanneer de werkgever tijdens het vorige jaar minder dan 25.000,00 EUR (vóór indexatie - bedrag na indexatie bedraagt 41.700 EUR) bedrijfsvoorheffing moest betalen, moet hij een kwartaalaangifte indienen. Hij moet de bedrijfsvoorheffing dan betalen binnen vijftien dagen volgend op het einde van het kwartaal.
Voor het vierde kwartaal van een jaar betekent dit concreet dat een werkgever de bedrijfsvoorheffing zou moeten betalen uiterlijk op 15 januari van het daaropvolgende jaar. De wet bepaalt echter dat in deze situatie de werkgever een voorschot op de bedrijfsheffing moet betalen voor het vierde kwartaal. Het voorschot is gelijk aan de werkelijk verschuldigde bedrijfsvoorheffing met betrekking tot de belastbare inkomsten van oktober en november samen.
- Tweede afwijking
Wanneer een werkgever gedurende het vorige jaar ten minste 2.500.000,00 EUR bedrijfsvoorheffing heeft betaald, moet hij de bedrijfsvoorheffing met betrekking tot de salarissen betaald of toegekend tijdens de eerste vijftien dagen van december uiterlijk op 24 december aangeven en betalen.
Afschaffen voorschotregelingen december 2021
De overheid wenst ondernemingen enige ademruimte te geven op het vlak van liquiditeiten in 2021. Daarom schaft ze de hogervermelde decembervoorschotten voor de bedrijfsvoorheffing volledig af.
Deze maatregel geldt vanaf 2021, maar zal ook voor de daaropvolgende jaren gelden.
Opgelet!